Geluk zit op mijn vensterbank
Alweer een nacht slecht geslapen.
Draaien, draaien, en nog eens draaien.
Deze zomer is echt veel en veel te warm voor mij.
Na vijf dagen met temperaturen boven de dertig graden
te hebben geworsteld, weet ik dat ik er volgens het
weerbericht nog eens vijf dagen mee om moet zien te gaan.
Ik merk dat ik er kriegelig van word.
Voor mij duurt de zomer zeker niet te kort.
Oh jee, de wekker loopt alweer af.
Wat een klereherrie maakt dat ding. Is me dat eerder
nooit opgevallen? Mijn wekker maakt een geluid alsof er
een koe met zo’n grote koebel om zijn nek naast mijn bed staat.
Ik gooi de gordijnen met een zwiep open en kijk naar buiten.
“Staat die fiets nou nog steeds voor mijn raam?”
Al de hele zomer vraag ik me af wie dat ouwe barrel steeds
precies voor mijn ene raam parkeert. De fiets is met allerlei
kettingen en sloten omringd alsof de fiets een heus goudklompje is.
In de zomer eet ik altijd veel vers fruit. De winkels puilen er in de zomer mee uit. Ik vul een bakje met framboosjes, rode besjes en blauwe besjes.
Terwijl ik de laatste hap uit mijn fruitbakje neem, rek ik me even helemaal uit alvorens aan mijn dag te beginnen.
Ik pak de sleutels van mijn voordeur en wil al naar buiten lopen, maar dan wordt mijn aandacht opeens getrokken door een prachtig geluid.
Waar komt dat geluid nou toch precies vandaan?
Ik kijk uit het raam en zie een super mooi roodborstje op mijn vensterbank zitten.
Het roodborstje fluit prachtig. Ik word er helemaal gelukkig van.
Dat ouwe barrel voor mijn raam deert me opeens absoluut niet meer. Het lijkt wel alsof het roodborstje meedoet aan ‘de beste fluiter van de dag’ wedstrijd.
Wat mij betreft mag het roodborstje zich de absolute winnaar noemen. Het roodborstje is er het bewijs van dat geluk in een klein hoekje kan zitten. In dit geval op mijn vensterbank. Je hoeft er alleen maar oog voor te hebben.