Recidivistes
In een overvolle bus naar de universiteit bespraken drie studentes de status van hun studies.
‘Ik heb Privaatrecht dus niet gehaald,’ beklaagde nummer een zich luid. ‘Ja ik dus wel, meteen bij de eerste keer,’ zei nummer twee met een lichte zweem van trots in haar stem.
‘Wat? Waarom haal jij tentamens die niemand anders haalt? Ik heb geloof ik geen enkel tentamen in een keer gehaald,’ was de verontwaardigde reactie van nummer een.
Nummer drie viel haar studiegenootje bij: ‘Ja ik ook niet. Ik heb zelfs “Foutloos Nederlands” de eerste keer niet gehaald. De tweede keer had ik een achtenhalf, maar die eerste keer ging echt voor geen meter.’
Studente nummer een herkende zich hierin: ‘Ja ik haalde de tweede keer een zevenenhalf, maar de eerste keer ging ik echt keihard af op Woordenschat. Wist ik veel wat “seponeren” was! Ik had strafrecht toen nog niet eens gehad.’
‘Ja hoe hadden we dat moeten weten?’ viel nummer drie haar bij. Net zoiets als “recidive”. Ik had geen idee wat dat betekent en dan zegt die vrouw bij de uitslag dat ze niet begrijpt dat wij dat niet weten, alsof we dom zijn ofzo.’
‘Nou…,’ probeerde nummer twee voorzichtig, ‘recidive komt wel bij elk vak terug hoor, niet alleen bij Strafrecht.’
Nummer drie sloeg hier geen acht op en ging door met haar rant: ‘Hoe kunnen ze verwachten dat wij dit weten als we net van de middelbare school afkomen? Alsof je “recidive” wel eens in het dagelijks leven gebruikt ofzo.’
Nummer twee zei nu iets vastberadener: ‘Maar “recidive” wordt ook in het dagelijks leven gebruikt. Het behoort soort van tot de algemene kennis…’
Maar nog voor ze haar pleidooi goed en wel onderbouwd had kunnen afronden velde nummer een het vonnis over de discussie: ‘Ja het was een verschrikkelijke toets en ik ben blij dat ik er eindelijk van af ben.’ Ze keek heel even triomfantelijk naar nummer twee, en gaf vervolgens het gesprek een andere wending: ‘Hebben jullie het al gehoord van Mark en Roland? Die fittie is echt aan!’
Ik had me in deze conversatie kunnen mengen. Ik had hun mijn mening kunnen geven over het bezit van enige voorkennis bij de aanvang van een rechtenstudie. Ik besloot me echter te schikken in de rol van laffe luistervink en mijn mond te houden, net zoals al mijn medepassagiers. Ik was blij toen ik uit kon stappen.