Goedemorgen NS
Vanmorgen heten de katoenen zakdoekjes ‘zacht’. Op het pakje kan ook gewoon zakdoekjes/ mouchoirs staan. Ik heb ze altijd bij me. Zij zijn mijn trouwe compagnons in de lange treinreizen naar het oosten. Het flesje water is ook een redder in nood. Ik heb ze beide nog geen naam gegeven. Misschien Tommy en Annika? Of Teigetje en Poeh?
Alert zijn is ’s morgens belangrijk. Zodra ik de trein binnenkom, scan ik razendsnel of de bank netjes is. Geen kruimels of andere etensresten. Geen uitpuilend vuilnisbakje met lege frisdrankflesjes en verpakkingen met half opgegeten etensresten. Meestal kies ik voor de stiltecoupé. De naam is misleidend, want regelmatig zegt een man of vrouw aan de telefoon ‘ik zit in de stiltecoupé’ en gaat dan rustig door met praten.
Alles is beter dan de gewone coupé, waar de beat van techno house naast je dreunt, gesprekken gaan over: ‘in welk laatje ligt het geld’, of ‘ik vind dit echt niet kunnen’, ‘wat eten we vandaag’? Toch aan mijn baas een eerste klas OV-kaart vragen. Mijn ervaring is dat de stoelen in de eerste klas gemaakt zijn voor lange mensen met lange benen. Voor kleine mensen zijn de stoelen niet comfortabel. Jazeker, er is wel een uitschuifbaar steuntje voor de voeten. Toch is de afstand van bank tot tafeltje te ver. Het belemmert het echte werken. Wat kan de motivatie zijn? Dat kleine mensen meestal slapen voor en na hun werk?
Ik zit. Ik klap het tafeltje open naar beneden. Wat treffen we vandaag aan: yoghurt, kwarkresten al dan niet met een kleurtje, bruinige croissantkruimels, plakslierten van een onbekend opgedroogd vocht, nagellak? Ik ben voorbereid. Uit de rugzak haal ik mijn waterflesje en mijn mouchoir. Ik poets het oppervlak tot alle resten verdwenen zijn en het oppervlak schoon genoeg is om de laptop op te zetten. Ik vermoed dat medereizigers mij in het hokje van poetsdwangneurose oftewel obsessive compulsive disorder zullen onderbrengen.
Mijn tafeltjesschoonmaak in cijfers? Met standaard een overstap op de heen- en op de terugreis zijn dat vier tafeltjes per dag en 4 dagen per week is 16 tafeltjes. Met een gemiddelde van 46 werkweken per jaar zijn dat 736 tafeltjes en even zoveel mouchoirs. Mister NS weet vast hoeveel treinen dat zijn.
Ik denk aan mijn moeder. Ze vond me niet eens zo erg netjes.