Een open brief aan twee moordenaars
Beste Michael P. en Steve B.,
Ik ben bang. Ik ben bang voor mensen zoals jullie. Ik ben bang dat ik de volgende Anne of Julie ben. Ik ben bang, maar met mij zijn er meer mensen bang.
Bang is misschien de verkeerde woordkeuze. Sowieso laat ik mij in mijn leven niet leiden door angst, maar het is een wake-up call over het feit dat er daadwerkelijk nog altijd zulke mensen bestaan en dat ze niet alleen in horrorfilms voorkomen.
En ja ik weet het, jullie zijn ziek in jullie hoofd en volgens sommigen is dat een verdediging voor de daden die jullie hebben verricht, maar jullie ziekte bepaald niet wie jullie zijn. Je bent niet je ziekte.
Door mensen zoals jullie ben ik, of is één van mijn vriendinnen, elk feestje de BOB. Door mensen zoals jullie stuur ik mijn live locatie in de groepsapp als ik moet fietsen in mijn eentje, al is het maar 700 meter. Door mensen zoals jullie vind ik het niet eens meer fijn om in mijn eentje te fietsen. Door mensen zoals jullie fietsen mijn vrienden om, zodat ze weten dat ik veilig thuis ben gekomen.
Het klopt, dit zijn niet per se negatieve dingen, maar het zou niet nodig hoeven zijn. We zouden allemaal zorgeloos over straat moeten kunnen lopen zonder te versnellen bij elk steegje, zonder om de minuut om te hoeven kijken.
Ik krijg oprecht tranen in mijn ogen en mijn hart staat stil als ik besef dat jullie het in je kunnen hebben om van twee jonge mooie meisjes het leven te ontnemen. Hoe kun je zo zijn, hoe kun je iemand deze nachtmerrie laten beleven. Wat bereik je er mee? Krijg je er een kick van? Kun je jezelf niet onder controle houden? Heb je er überhaupt spijt van? Ik heb zo veel vragen, maar ik weet ook dat we nooit de volledige antwoorden zullen krijgen.
Ik hoop dat het Nederlandse en Belgische rechtssysteem doet wat ze moet doen en ik hoop dat ik jullie nooit tegenkom.
Mijn gedachten gaan uit naar alle nabestaanden en mensen die geraakt zijn door jullie gruwelijke daden.
Maar medelijden met jullie twee? Dat zal ik nooit hebben.