Mijmeringen
Stapvoets rijd ik over de snelweg naar mijn werk. Het tempo verschaft me de mogelijkheid om mijn gedachten af te laten dwalen. Ik fantaseer hoe het zou zijn als ik net als in het programma ‘Ik vertrek’ naar het buitenland zou emigreren en een B&B zou beginnen in Toscane of in Zuid-Frankrijk. Waar ik een moestuintje aan zou leggen en boerenmarkten af zou struinen op zoek naar zaden of plantjes. Hoe heerlijk zou het zijn wanneer ik dan midden in de heuvels mijn schildersezel op zou kunnen zetten en met m’n picknickmand een zonnige middag door zou kunnen brengen in de natuur.
Vele traag gereden kilometers verder denk ik aan eerder stoppen met werken, over wonen in een opgeknapt boerderijtje in een mediterraan land waar mijn leven in een relaxte sfeer zou verlopen en ik me alleen druk zou hoeven te maken over hoe ik mijn zwembad het beste schoon zou kunnen houden, waar ik tussen de middag zal gaan lunchen en of de Yogales buiten of binnen plaats zal vinden.
Volgens mij is dit ook de beste manier om aan het fileleed te ontsnappen. Als ik weer terugkeer naar de realiteit, dan krijg ik meteen weer een gevoel van spanning in mijn lijf en kies ik vervolgens altijd de verkeerde baan waar het verkeer nog langzamer rijdt dan op de baan waar ik zojuist vanaf gekomen ben. Ik word geconfronteerd met medeweggebruikers die in hun neus zitten te peuteren, zich op zitten te maken, chagrijnig zitten te kijken of stil blijven staan terwijl iedereen voor hen al lang weer rijdt.
Er lijkt er elke dag wel iets gebeurd te zijn, waardoor ik in een ellenlange file terecht kom. Ik maak mezelf dan een voorstelling van de levens van al die andere automobilisten die hetzelfde ervaren als ik. Waar zouden zij naartoe gaan, zouden zij gelukkig zijn, wat voor werk zouden ze doen? Zitten zij ook te fantaseren over hoe hun leven eruit zou zien zonder alle verplichtingen van nu?
Na de laatste paar keer optrekken en afremmen ben ik bijna op mijn werk. Als ik binnen ben, mijn jas uit heb gedaan, computer opgestart heb en aan mijn eerste bakje thee zit word ik al spoedig opgezogen in de sleur van de dag en verdwijnen mijn mijmeringen van onderweg als sneeuw voor de zon.
Totdat ik de volgende dag weer in de file sta.