8 mud kolen
Elk najaar in de jaren 50 kwam bij ons thuis weer het moment dat er kolen besteld moesten worden. Dat was altijd een probleem want er was nooit geld. Vader vroeg dan op zijn werk een voorschot op zijn vakantiegeld van volgend jaar. Met dat geld ging vader dan kolen bestellen na werktijd. Hij kwam dan ook langs zijn stamkroeg. Even wat gaan drinken want hij had nu geld genoeg. Het bleef dan niet bij een of twee glaasjes bier. En als je geld hebt, heb je ook ineens veel vrienden die je gaan uitzuipen. Als mijn vader op die dag na een half uur nog niet terug was van zijn werk wisten we het al. Nooit zal ik het gezicht van mijn huilende moeder vergeten wanneer zij besefte dat mijn vader het geld voor kolen aan het verzuipen was. Zo gebeurde het dan dat we in plaats van 8 mud kolen maar 2 mud kolen kregen van de kolenboer. Vader had het meeste geld verzopen in de kroeg.
1 mud kolen waren twee zakken van ongeveer 35 kilo. Kolenboeren waren afgekeurde zwarte pieten had mijn vader mij wijs gemaak, omdat ze altijd zo zwart waren van het kolenstof. De kolen waren zogenaamde eierkolen, dat was geperst kolengruis in de vorm van een ei. Veel energie zat er niet in, maar ze waren goedkoop. We hadden een potkacheltje en een potkacheltje is heel klein. Aansteken ging als volgt; proppen maken van krantenpapier, wat klein aanmaakhout er op gooien en aansteken. Als het hout goed brandde kon je er de kolen op gooien. Een uur na het aansteken gingen de kolen gloeien en werd het kacheltje goed warm. Het kacheltje zoog de zuurstof uit het huis en die lucht, koude lucht, kwam via de kieren weer het huis in, de gordijnen wapperde dan vrolijk op en neer.
Mijn moeder had geregeld dat mijn vader op zijn werk geen voorschotten meer kon krijgen. In plaats daarvan bestelde de boekhouder de kolen telefonisch voor ons en de rekening werd dan naar het bedrijf gestuurd. Mijn vader kreeg dan geen geld meer mee en kon dus niets meer verzuipen. Je begrijpt dat mijn vader op zijn, laten we het netjes zeggen, op zijn speeltje was getrapt en er kwam natuurlijk bonje van. En dat is niet leuk, zeker niet voor een klein kind. Dagen hing er dan een bedrukte sfeer. En mijn vader kwam toch wel aan zijn alcohol, hij pofte dat in de kroeg. Poffen is drinken op rekening. Maar dat was weer een ander probleem, de kolen lagen in het kolenhok en wij waren een winter warm, als het tenminste geen heel strenge winter was.
Marten Coverack – 8 oktober 2018