Voorgoed ongeschikt

Ik ben voorgoed ongeschikt. Althans, volgens het Ministerie van Defensie. Ik behoor tot de laatste lichting van mannen die nog voor militaire dienst moest worden gekeurd. En vanwege het feit dat ik elke oorlog met de huisstofmijt verlies, ben ik ‘voorgoed ongeschikt’ verklaard voor militaire dienst. Mijn niezen zal vermoedelijk binnen no time onze positie verraden bij de vijand en dat werkt niet echt in je voordeel op het slagveld.

Omdat ik nooit enige ambitie heb gehad om militair te worden, vind ik het niet erg dat ik ben afgekeurd. Nee, sterker nog, ik heb al die jaren de brief van Defensie bewaard als bewijs dat ik ben afgekeurd. Stel je eens voor dat hun administratie wat rammelt, dan heb ik altijd mijn briefje nog. Dit is als het ware mijn ‘Verlaat de gevangenis zonder te betalen kaart’. De brief schept duidelijkheid tussen mij en Defensie. We weten allebei waar we aan toe zijn.

Zou het niet handig zijn als die duidelijkheid ook voor andere dingen zou kunnen gelden? Bijvoorbeeld als je als leesmoeder niet het geduld blijkt te hebben om al dat gestuntel van die kinderen aan te horen. Dat je dan gewoon een briefje van school krijgt dat je ‘voorgoed ongeschikt’ bent als leesmoeder. De school kan op zoek naar een leesmoeder- of vader die wel het geduld weet op te brengen en de moeder is voorgoed verlost van haar lijden. En voor een luizenmoeder- of vader die steeds weer elke kolonie van luizen weet te missen, geldt natuurlijk hetzelfde. De KNVB zou een ouderwetse thuisfluiter even een ‘voorgoed ongeschikt briefje’ kunnen sturen vanuit Zeist. Of de Hartstichting zou bij aanhoudende tegenvallende resultaten ook een keer op zoek kunnen gaan naar een andere collectant. En hoe fijn zou het zijn als ambtenaren met één briefje zouden kunnen worden verlost van die gekke wethouders, gedeputeerden, heemraden of ministers.

De ‘voorgoed ongeschikt brief’ zal waarschijnlijk nooit meer worden verzonden. Het succes zou weleens te groot kunnen worden en dan blijven al die functies maar onvervuld. Ik hou mij in ieder geval vast aan één geruststellende gedachte. Ik heb nog wel een ‘voorgoed ongeschikt brief’. Dus als Nederland straks aardgasvrij is en wij de handen vrij hebben om echt ruzie te kunnen maken met Poetin, dan hoeft Defensie mij in oorlogstijd niet te bellen. Ik zet dan mijn ‘Verlaat de gevangenis zonder te betalen kaartje’ in.