Decorum
Gisteren zag ik weer een lotgenoot ploeteren. In het kielzog van een mannelijke collega die net iets te grote passen nam. Dat deed hij niet expres, hij had nou eenmaal langere benen. De dame in kwestie kwam zo te zien ook net van een meeting. Zij sjouwde met handtas, laptop en autosleutel op haar hakken door het gras van het plantsoen rond het parkeerterrein. Ik moest toch wachten dus ik zat het tafereel op mijn gemak aan te kijken. Ik ken het namelijk. Je loopt mee met je mannelijke collega’s, die zijn professioneel gekleed maar wel op platte schoenen. Je draagt net als zij een laptoptas. Maar jij draagt ook nog eens je handtas èn je loopt op hakken. En in mijn geval dan te klunzen. Het lukt me nou nooit eens om een beetje handig dingen te verdelen. Ik heb altijd èn de hengsels van twee tassen èn mijn sleutels in één hand. En probeer dan op elegante wijze de auto open te maken om eindelijk die tassen op de achterbank te gooien. En dan vervolgens met een zucht achter het stuur te kruipen. Eindelijk rust voor mijn voeten. Natuurlijk doe ik het mezelf aan. Dat weet ik. Ik wil er zo elegant mogelijk uit zien. Dat ik van nature niet elegant ben, neem ik dan maar voor lief. Tenslotte wil je ook niet door het leven gaan als oma Duck, met bijbehorend schoeisel. Het is al erg genoeg dat ik verre van lichtvoetig ben en iedereen mij van mijlenver hoort aankomen. Ik doe het niet expres, het is mijn motoriek. Of zoals een collega opmerkte “je moet de groeten van hakken hebben.” En dan heb ik het nog niet eens over nieuwe schoenen. Want man, man, wat kun je daar een blaren in krijgen. Laatst ook weer, ik had prachtige (vond ik) nieuwe pumps gekocht. De eerste dag al was het prijs. Een blaar zo groot als morgen de hele dag. De hele dag heb ik lopen strompelen, het bloed zat in mijn nieuwe schoen. Toen ik thuis kwam met een verbeten gezicht, vroeg mijn maatje heel subtiel “nieuwe schoenen, zeker zere voeten?” Ik gromde wat en schopte ze mijn schoenen in een hoek. Wetende dat ik ze toch echt weer aan zou moeten. Want anders worden die schoenen nooit passend. Zucht. Eerst dacht ik dat ik de enige was die altijd zo liep te klunzen. Het blijkt echter gewoon een vrouwending te zijn. Dat geeft toch wat rust. Niet dat het daardoor minder sukkelig wordt maar het is prettig te weten dat het niet helemaal aan mij ligt. Ik besluit gewoon maar te bedenken dat het aan de maatschappij ligt. En dan in het bijzonder aan ons vrouwen zelf.