Dodenherdenking tijdens de koopavond, hoe verzin je

Metro 4 apr 2018

Iedere werkdag schrijft een lezer van Metro een column over wat hem of haar bezighoudt: Sonja Grinwis

Moet dan alles wijken voor onze koopdrift en hebzucht? Het was de eerste gedachte die bij me opkwam toen ik het nieuwsbericht las. Hoe haal je het in vredesnaam in je hoofd om als winkelier, in de stad die zo genadeloos in het hart getroffen is, zelfs maar te overwegen om open te blijven tijdens de dodenherdenking. Heb je dan als winkelier zelf geen hart?

Rotterdam, mijn stad, zo onvoorstelbaar zwaar getroffen in de oorlog. De stad waar zoveel mensen het leven hebben moeten laten. Waar mensen onmenselijk zwaar hebben geleden, door verlies van huis en haard en van geliefden. De overlevenden hebben ondanks hun verdriet zoveel jaren moeten buffelen voor de wederopbouw van hun stad. Tot op de dag van vandaag weet elke Rotterdammer wat de diepere betekenis is van uitspraken als ‘Sterker door strijd’ en ‘Niet lullen maar poetsen’.

Echt, hoe haal je het in je hoofd?

Eens in de zes jaar een koopavond missen is blijkbaar teveel gevraagd voor een aantal winkeliers.  Ik was erg benieuwd welke zwaarwegende argumenten voor deze respectloosheid aangedragen zouden worden. Argumenten die blijkbaar veel zwaarder wegen dan het herdenken en eren van oorlogsslachtoffers.

Van Elsacke kwam met het argument dat de koopavonden altijd heel druk zijn en dat het ook nog eens meivakantie is.

Hoe je voor jezelf recht praat dat deze argumenten zwaarder wegen dan het respect voor de vele slachtoffers van de oorlog zal voor mij altijd een raadsel blijven.

Deze week zal er een overleg op het stadhuis van Rotterdam plaatsvinden. Ik hoop van harte dat de dodenherdenking belangrijker wordt gevonden dan welk economisch belang dan ook.
Uiteraard sla ik deze koopavond hoe dan ook over.

Gelukkig hebben wij als consument alle vrijheid om wel een respectvolle keuze te maken.

Zaterdag, als we onze vrijheid vieren, zouden we de winkeliers die geen respect voor de dodenherdenking kunnen opbrengen ook moeten boycotten.