Iet giet oan?
Het is 24 februari. De Olympische Winterspelen in Pyeongchang zijn voorbij, maar de winter in Nederland heeft besloten nog minstens een paar weken de strijd aan met de winter in Korea.
Ondanks de snijdende kou gaan de harten van de meeste Nederlanders sneller kloppen als ze de volgende zin horen in het weerbericht: “Er wordt wind uit het Noordoosten verwacht”. Weerkundigen noemen de kou die eraan komt, de ‘Russische Beer’.
De tijd van vorst wordt door de meeste experts als te kort beschouwd: ”Het is een milde winter geweest, daar verandert één week vriezen niets aan. We zijn, hoe jammer ook, nog mijlenver verwijderd van het punt waarop we überhaupt samen zouden komen.” Aldus Immie Jonkman van Vereniging De Friesche Elf Steden.
Waarom verwachten we, na twintig jaar geen Elfstedentocht, er tóch nog een? Ik zelf ben geboren in 2001, te laat om een Elfstedentocht überhaupt mee te maken. Ik kan niet eens schaatsen. Maar toch sta ik te trappelen als ik hoor dat het dit jaar weer kan gebeuren; en ik ben even teleurgesteld als alle mensen die er wél een hebben meegemaakt, als ik hoor dat het weer niet doorgaat…
Het korte antwoord op de vorige vraag is: schaatsen zit in het Nederlandse bloed. Wij Nederlanders zijn de eersten die schaatsen ontdekten als tijdverdrijf en als snelle manier om van A naar B te komen. Als uitvinders van de schaats verheugen wij ons bijna allemaal op deze Spartaanse strijd op het ijs. Maar het vriest elke keer niet hard genoeg.
Deze schaatstraditie komt in gevaar omdat de aarde opwarmen. Kunnen wij als klein landje hier wel iets tegen doen? Ach, we kunnen altijd nog een Elfstedentocht op de fiets organiseren. Al denk ik niet dat we daar de harten van de Nederlanders mee kunnen aanjagen. Een fiets is dan wel typisch Nederlands, maar ook wel zo alledaags dat we er geen romantiek of heroïek meer in zien.
Er is nog wel hoop voor natuurijs dit jaar, laat die ‘Russische Beer’ maar komen.