ZEG… EN VERTEL EENS… HOE VITAAL BEN JE EIGENLIJK
Geschreven door: Karin de Groot
‘Aanvalletje van opruimwoede?’ vroeg de Liefste, terwijl ik voor een lege kast onder een berg kleren zat.
‘Nee, ik heb een sollicitatiegesprek en ik wil er niet alleen ‘ervaren’ uitzien. Ik moet een nog-best-wel-leuk-look hebben. En nou weet ik niet wat ik aan moet’, jammer ik.
Hij plukte me onder de berg vandaan, verwijderde een shirt van mijn hoofd, keek goedkeurend van boven naar beneden en zei: ‘Nou… aangenomen, zou ik zeggen.’
Tien minuten later stond ik in een erg fijne nbwl-look voor de spiegel.
Nu nog schoenen. Ik moest met de metro en een eindje lopen.
M’n enkellaarsjes? Te hoog.
Pumps? Verkeerde kleur.
Die zwarte sneakers? Neuh.
Mijn stiletto’s? Daarmee kom ik niet verder dan de slaapkamer.
Twee uur later meldde ik me bij het bedrijf en begon me na een tijdje af te vragen, waarom sollicitanten wèl op tijd moeten zijn.
Iets later dacht ik: ‘Zak in het zand met je baan’, want ik zat nog steeds te wachten.
Net toen ik wilde opstappen, kwam er een troel binnen met een even-deze- sollicitant-afwerken-blik in haar ogen.
‘Sorry… telefoon tussendoor, druk… hallo, dus jij bent…’
En speurt mijn cv af.
Qua kleding had ik me ook druk gemaakt om niets. Er ligt thuis een vaatdoek, dat er gezelliger uitziet dan deze troel, die vingertikkend en pennenklikkend op de punt van haar stoel zat. Ik beantwoordde alle snelle en slimme vragen, die ze op me afvuurde. Ik vond het best, want ik wilde wel wat doorstaan voor een baan.
Totdat.
‘Zeg… en vertel eens… hoe vitaal ben je eigenlijk nog…?’
Ik hou tien wezenloos lange seconden mijn lippen op elkaar.
‘Hoe… Vitaal… Ben… Je… Eigenlijk… Nog…?’, herhaal ik langzaam.
Serieus?
Gingen we dat krijgen?
No way, dat je dat aan een dertigjarige vraagt, dus waarom wel aan mij.
Toen de Liefste thuis kwam, snikte ik het hele verhaal eruit.
‘Ik wil alleen maar een leuke baan. Moet ik nu voortaan een vitaliteits-certificaat overhandigen?’, snotterde ik.
Toen ik gekalmeerd was, zuchtte ik: ‘Ik wou, dat ik m’n stiletto’s had aan gedaan. Ik weet wel waar ik mijn hakken had gezet.
Hij staat op, pakt ze uit m’n schoenenkast, bengelt ze voor mijn neus en zegt: ‘Nou vrouwtje… laat jij dan nu maar eens even zien, hoe vitaal je eigenlijk nog bent.’
Ach. De Liefste.
Al ben ik nog zo verdrietig.
Hij weet me altijd weer vrolijk te maken.