Wat als je verder niemand h’appt
Ik keek gister op mijn telefoon en het laatste gesprek dat ik voerde was in november. Mijn laatste sms is van twee maanden geleden. Van een bedrijf dat een fiets kwam afleveren, mijn laatste vakantie had ik vijftien jaar geleden, net zoals de liefde. Ja, de liefde. Het is alweer vijftien jaar geleden dat ik liefhad en bemind werd. De laatste visite was in september. Een feestje voor mezelf. Met hapjes en platen. En gesprekken. Sindsdien werd het stil.
En ik snap het. Ik ben beperkt. Ik houd van natuurlijk en ga niet mee met de tijd. Ik apprecieer schaamhaar, okselhaar. De natuurlijke mens. Geen botox, filters of robotprostituee. Zelfs een transgender vond ik dertig jaar geleden volledig normaal en ze hoeven zich niet zo te noemen. Als je een vrouw bent in een mannenlichaam dan ben je een vrouw en vice versa. Jij bent mens. En als je kleiner bent zie je de onderste reclames in de supermarkt en als je lang bent dan kan je voor mij de fles pakken waar ik niet bij kan. We voegen iets toe.
Soms blijf ik op bed liggen, omdat het in mijn dromen mooier is en jij daarin voorkomt. De indianen geloven dat was er achter jouw ogen gebeurd echt is en de realiteit een droom is. Ik ben in mijn dromen vaak op reis, of ik bemin, ik eet, zie de mooie blote rondingen van de mens. Ook al heb ik ze al jaren niet meer aangeraakt.
Ik ben geen gamer, kijk televisie en wil weten wat er in de wereld gebeurd. In de bus ben ik een reiziger, zodat ik niet alleen ben. Zodra ik uitstap ben ik in alles eenzaam. Als ik door de mensenmassa loop van de stad met hun mobieltjes en egoïstische trekjes, als ik een compliment geef aan de kassière of aan een mooi mens. Zij kunnen dit niet incasseren. Ik ben in alles eenzaam.
Een vrouw wacht op een donorhart. Dat kunnen we niet realiseren. We kunnen alles fabriceren, maar iets dat klopt is te moeilijk. Ik leef in zombiestad, waarin de pure mens langzaam afsterft en maar doorloopt. Ik houd van gemoedelijk, gezellig en elkaar eerlijk kunnen omarmen en liefhebben. Maar ik durf al jaren geen mens aan te raken of te zoenen, want jij vindt mij in alles eenzaam.
Ik ben beperkt. Ik houd van mij.