Memory met mijn broer

Tom Kok 7 nov 2017

“Mam, wij vervelen ons. Jij moet wat verzinnen”, klonk zo nu en dan door het huis door twee kleine, blonde knapen met een hoog stemmetje. Nog lang niet de baard in de keel. Moeder deed de kastdeur open met daarachter een uitgebreide verzameling aan spelletjes: Bingo, UNO, Monopoly en nog veel meer. We kregen een kartonnen doos toegereikt met allerlei afbeeldingen van dieren. In grote, rode letters stond er op de deksel ‘Memory’.

Het spel bestond uit dertig kaartjes met verschillende dieren erop. Het deed mij denken aan de Ark van Noach, er waren twee van ieder dier. Eén mannetje en één vrouwtje, het verschil kon ik niet zien. Na het vinden van het eerste paar had ik twee identieke kippen te pakken. Op hetzelfde moment kwam de buurvrouw op de koffie. Ze groette mij en mijn broer en kreeg vervolgens een kopje koffie aangeboden, vers gezet.

Tijdens het spelen kom ik erachter dat het best wel lastig is om één van die kippen te zijn. Het dier is altijd één van de twee. Incompleet zonder zijn partner. Mensen weten het verschil ook niet tussen de twee haast identieke kaartjes. Wat vervelend om steeds maar als hetzelfde te worden afgestempeld, er zijn gerust wel verschillen. Na enig gebruik brokkelt er een hoekje van een memorykaartje af, of begint het achterkantje los te laten. Zo worden de verschillen steeds groter. Toch worden de kaartjes, door wie het spel niet eerder heeft gespeeld, als identiek beschouwd.

De buurvrouw met de koffie kon het verschil tussen de kippen niet herkennen. “Ze lijken wel een tweeling, net als jij.” Ja, daar had de bezoekster gelijk in. Mijn broer en ik zijn deel van een memoryspel. Een spel zonder kaartjes, maar met eeneiige broers en zussen.

Tijdens mijn leven kom ik erachter dat het best wel lastig is een tweeling te zijn. Ik ben altijd één van de twee, incompleet zonder mijn broer. Mensen weten het verschil niet tussen de twee haast identieke jongens. Wat vervelend om steeds maar als hetzelfde te worden afgestempeld, er zijn gerust wel verschillen. Na een aantal jaar nemen we een ander kapsel en lopen onze persoonlijkheden uiteen. Zo worden de verschillen steeds groter. Toch worden wij , door mensen die ons niet goed kennen, als identiek beschouwd.