Elke dag weer een strijd
Maandag ochtend 06:00. Ik word wakker gemaakt door mijn wekker. Een nieuwe week, een nieuwe dag, nieuwe kansen en weer een nieuwe strijd om de dag door te komen. Zeven jaar geleden waren dit de gedachtes die door mijn hoofd spookte toen ik wakker werd. Mijn dagen bestonden uit overdreven gezond eten en constant bewegen. Ik had geen rust in mijn hoofd en geen rust in mijn lichaam. Alles kostte mij energie. Een dagje weg met een vriendin? Onverwachts iemand op bezoek? Op vakantie gaan? Dingen die ik liever niet deed, want dat schopte mijn planning van de dag in de war. Wanneer moest ik dan eten? Want ik moet om 13:00 per se lunchen en ik wil minstens drie uur bewegen. Wat kon ik eten? Want mijn eten moet natuurlijk wel gezond zijn. Ik moet volkorenbrood eten en liever niet te veel beleg op mijn brood, want dat vind ik lekkerder. En stel je voor dat ze te veel olie gebruikt bij het bakken? En wat nou als de ander ineens op het idee komt om spontaan een taartje te gaan eten? Onrust in mijn hoofd! Nu ik deze gedachtes opschrijf op papier word ik een beetje treurig. Treurig, omdat de ziekte niet altijd te zien is aan de buitenkant. Treurig, omdat ik veel leuke dingen heb laten varen. Ze paste simpel gezegd niet in mijn dag planning. Treurig, omdat de ziekte zo meeslepend is dat je zelfs je omgeving erin mee trekt. Treurig, omdat ik dat moment nog weet dat ik heb gezegd dat ik zelfmoord wilde pleegde. Toch kijk ik liever naar nu en naar de toekomst. Het moment dat ik dit nu typ en het buiten mooi weer is. De toekomst waarin ik hoop dat ik mensen kan helpen die worstelen met voeding. Het leven is veel te leuk om 24/7 aan voeding te denken. Geloof mij. I’ve been there. Geniet van de zonnestralen in november, lach om die leuke grap van je vriend of vriendin en vooruit laat af en toe een traantje om iets verdrietigs. Maar laat die eetstoornis je niet verdrietig maken. Dat is het niet waard.