Stiften

Leoniepas 3 okt 2017

Slecht weer op vakantie in een zonnig land overkomt alleen anderen, net als enge ziekten, dacht ik altijd. Gek genoeg viel de regen opeens met bakken uit de lucht tijdens onze vakantie aan het Gardameer en was het véél kouder dan normaal. Terwijl mijn humeur sneller daalde dan de temperatuur, steeg het enthousiasme van manlief dienovereenkomstig. Als een ware Kuipers-Munneke was hij alsmaar druk met het meten van de temperatuur in het appartement, de buitenlucht en het zwemwater. Jammer genoeg had hij zijn weerstation met toeters en bellen van thuis niet mee, anders had hij ook de hoeveelheid regen nog kunnen meten. De moedeloosheid sloeg toe.

‘s Maandags scheen weliswaar de zon, maar zaten wij bij de toeristendokter om naar jeukerige uitslag van onze zoon te laten kijken. Tegen de tijd dat we na een zoektocht naar de apotheek en lang wachten op medicijnen blij richting zwembad vertrokken, trok de lucht dicht en werd het zwembad opnieuw gesloten voor alweer een fikse onweersbui. Het enige vest met lange mouwen werd tevoorschijn gehaald. Berustend toverde ik de pokerbeker met dobbelstenen tevoorschijn en stelde ik een potje dobbelen voor. Om het de anderen te leren speelden we eerst een open spelletje. Zoon en dochter pikten het snel op, maar bij mijn man ging het licht uit. Die kon ik álles wijsmaken. Het leek wel die Jiskefetscène, waarbij Storm en Jos in onbegrijpelijke speltermen Edgar het kaartspelletje “Stiften” uitlegt en het Edgar allemaal te snel gaat. “Twee terugspelen op de vijf” en “de boer en een Aas ondersteken.” Edgar, met een vraagtekengezicht, doet hij alsof hij het snapt en verdubbelt dan onder druk zijn inzet. Als hij niet op tijd met zijn elleboog op tafel tikt en dus vergeet te stiften, verliest hij prompt al zijn geld. Te vroeg stiften terwijl dat juist niet de bedoeling is, kost Edgar opnieuw de pot. Ongeveer in dat sfeertje dobbelden wij voort. De kinderen haalden alsmaar de hoogste scores, wat mijn liefdevol moederschap danig op de proef stelde. Desalniettemin was de sfeer oké – hadden we ondanks alles plezier.

Diezelfde middag las ik in de krant dat een vader in Roermond zijn huis in brand had gestoken. Zes van zijn zeven kinderen verbrandden. Alleen zijn vrouw en het zevende kind overleefden, zwaar gewond. Vader: alcoholist. Moeder: gokverslaafde. Ik kan niet tegen mijn verlies, mijn weerman is alleen maar slecht in dobbelen… Ik tel mijn zegeningen!