Roze wassen neus
Homoseksualiteit is niet te genezen; de stupiditeit van een bepaalde groep gereformeerden ook niet. Het is het laatste wat mij zorgen baart.
Dat de redactie van het Reformatorisch Dagblad recentelijk haar walging uitsprak over het homohuwelijk in Duitsland verbaast mij niets. Het feit dat mensen met soortgelijk gedachtegoed mogelijk zitting nemen in onze regering vind ik zorgelijker. Ik gun iedereen zijn sprookjes en pleit er geenszins voor de dictatuur van de ene mening in te wisselen voor die van de andere maar trek de grens wanneer basale vrijheden van een significant deel van de bevolking in het geding komen. De Christenunie mag zich progressief profileren maar blijft in beginsel tegen het homohuwelijk en herbergt politici die homoseksualiteit een immoraliteit noemen en genezing hiervan bepleiten. Tel daarbij op dat bepaalde partijen wel vaker hun liberale beginselen verkwanselden op het gebied van homorechten om hun confessionele coalitiegenoten vooral niet voor het hoofd te stoten en ik vrees het ergste. Eigenlijk kun je niet eens spreken van ‘homorechten’ en ‘homohuwelijk’. Onze wetgever erkent het gelijkheidsbeginsel in de Grondwet; homorechten zijn dus “gewoon” mensenrechten en het homohuwelijk is niets anders dan een juridische verbintenis die ook voor paren van gelijk geslacht mogelijk is.
Gevestigde partijen doen graag voorkomen alsof zij al tijden strijden voor gelijke rechten voor homoseksuelen. Er lijkt hier echter sprake van selectief geheugenverlies.
Het is pas sinds het laatste decennium dat homorechten zo nadrukkelijk op de politieke agenda staan. Toeval of niet; dit gebeurde vooral nadat Wilders een verband legde tussen islamisering en homohaat. Het zou niet de eerste keer zijn dat hij aan de haal gaat met een onderwerp en andere partijen gedwee volgen. De vraag of hij nou werkelijk zo sympathiseert met homoseksuelen of dat het munitie is in zijn strijd tegen de islam laat ik maar even in het midden. Dat gevestigde partijen de homorechten koppelen aan de Nederlandse identiteit en symbool maken voor “onze” waarden is wat hypocriet. Was het niet minister Plasterk die amper tien jaar geleden subsidie verstrekte aan een organisatie die homoseksualiteit zou genezen? En was het niet de VVD die jaarlijks meevaart in de Gaypride maar de spreekwoordelijke boot afhield bij een motie tegen weigerambtenaren?
Ik hoop dat dergelijke knievallen tot het verleden behoren; Anders lijkt een verbintenis met de CU me geen gelukkig huwelijk.