Talent

Ate Vegter 31 mei 2017

Ik heb aan het einde van de middag een afspraak met een talentcoach. We gaan samen op zoek naar mijn talent, naar dat ene woord dat mijn talent het beste beschrijft. En naar mijn draak, dat is wat mij tegenhoudt talentvol te zijn. Ik heb er zin in en ben in de loop van de dag al bezig na te denken over mijn talenten. Ik vraag een paar mensen wat ze mijn grootste talent vinden, maar ik wil nog niet op zoek naar dat ene woord. Het zal vanuit zichzelf moeten opstijgen, als een helicopter die overzicht en redding brengt. De talentbegeleider legt uit waar het vanmiddag om gaat. Talent is dat wat jou kenmerkt, wat in je aard zit, wat je helemaal bent, het is je parel, dat wat je in petto hebt voor de ander. Ze vraagt mij hoe ik omga met talent in mijn team. Ik vertel dat ik hou van de verschillen tussen mensen en dat ik waarde hecht aan de kracht van ja. Dat ik in principe ja zeg op iets wat mij gevraagd wordt. Dat ik hou van resultaat, samenwerking en persoonlijke ontwikkeling. Wat zijn dan de dingen die ik goed kan. Ik overwin mijn gêne en vertel dat ik goed kan luisteren, kijken, vertellen, observeren, spioneren, analyseren. Ik geniet ervan om mijn talenten uit te stallen voor iemand die luistert. Een ijdel genoegen. Ik vertel dat ik een hekel heb aan ijdelheid en schijn, aan onechtheid en gelik naar boven. Dat moet dan wel mijn draak zijn, mijn angst om zelf onecht te zijn. Ze vraagt hoe dat voor mij was als achtjarige, toen ik nog onbevangen was als mijn dochter nu. Onmiddellijk voel ik de pijn van het kind zijn, van het niet gezien worden, de spijt over grote veranderingen. Ik voel hoe anders wij nu omgaan met onze dochter, dat ik mij niet kan herinneren ooit te zijn voorgelezen. Ik voel angst dat het misschien te dramatisch klinkt, maar vertel toch over het nest waar ik uitkom, over de warmte ervan en de ruwheid. Ze luistert en kijkt. Dan zegt ze dat terwijl ze zich zit te laven aan mijn verhalen, ze ook op zoek is naar dat ene woord, dat mij kenmerkt. Ik kijk haar aan: Je hebt het gezegd, zeg ik. Het is laven. Dat is tenminste wat ik hoop te doen, dat mensen zich laven aan mijn verhalen, aan mijn stukjes, aan wie ik ben. Laven, dat is het woord. Als een helicopter landt het woord in mijn gedachten. We kijken elkaar aan en vallen stil. Haar ogen zijn zacht. Er glinstert water in. Er hoeft niets meer gezegd.

Ate Vegter, 31 mei 2017
www.atevegter.wordpress.com