Laat me leven
Ik heb hem nodig.
Het is niet dat ik het zonder hem niet red.
Het zou gewoon fijn zijn.
Het zou fijn zijn als hij hier naast me kon staan.
Als hij mijn hand vast kon houden, zijn lieve blik nog een laatste keer op mij kon laten rusten.
Ik kijk naar de maan en vraag me af of hij ook kijkt.
Of hij denkt.
Aan mij, aan alles.
Ben ik dit alleen?
Ben ik als enige alleen?
Mijn hoofd begint weer onrustig te raken, zoals het vroeger woelde en raasde.
Ik ben bang dat het terug komt, en dat jouw woorden de enige zijn die mij kunnen kalmeren.
Ik adem in en adem uit en probeer me wanhopig staande te houden terwijl ik mijzelf weg voel glijden.
Bij jou was alles even goed, was ik even goed
Ik verlang weer naar jou, naar wie ik was bij jou, gevuld met liefde en geluk en zonder rationeel denken.
Ik wil weer onverstandig zijn en mij laten onderdompelen in onzekerheid.
Alles lijkt zo vast te staan.
Elk punt leidt tot het volgende punt en vormt samen de kronkelende lijn van mijn leven, jij bent het enige wat me van de verbondenheid weg kan trekken.
Sleur me, sleep me en trek me.
Kom hier en neem me mee.
Ik wil niet meer, ik wil niet zijn wat ik nu ben en worden wat al vast staat.
Ik wil in de spiegel kijken en een ander zien, want wat ik nu zie is niet wat ik wil.
Ik wil leven volgens jouw regels, want dat zijn er geen.
Laat me leven.
Kom hier en laat me leven.