Ode aan mijn ex-kassameisje
Liefste ex-kassameisje,
In mijn hoofd heet je Eva, maar eigenlijk ken ik je naam niet. Ja, als kassameisje van jouw supermarkt moest jij een naambordje opdoen van je teamleider, maar jij drapeerde gewoon je mooie lange blonde haren erover. Dat stille verzet van een onberispelijke caissière was al genoeg om mijn aandacht te trekken.
En ja, uiteraard was je ook knap. Zoals zonet gezegd, lange blonde haren. Grote blauwe ogen. Ook heb ik je een keer van de kassa naar de infobalie zien lopen. Perfect zandloperfiguur. Maar dat was natuurlijk normaal gesproken niet zichtbaar door die hobbezak die je van je supermarkt aan moest. Maar dat maakte niet uit, want jij was sowieso niet iemand die daar mee te koop wilde lopen. Schuw en verlegen was je. Op een goede, lieve manier.
Als een jong hertje dat in de koplampen van een op zich af komen denderende truck staarde, zo keek je als er weer zo’n flirtende student bij je kassa kwam staan. Waarschijnlijk kwam het je neusgaten uit, maar jij bleef professioneel. En op die manier was het niet tussen ons. Ik zag dat je altijd even rechtop ging zitten als ik in de rij kwam staan. Of misschien verbeeldde ik het me maar. Maar in ieder geval zag ik je blik van herkenning, dat verbeeldde ik me niet. Altijd bleven we samen in de perfecte klant-caissière rolverdeling. Behalve op het einde van het afrekenen even niet. Mijn huisgenoten konden nooit begrijpen hoe ik aan zoveel pakjes voetbalplaatjes of spaarpunten kwam, voor zo weinig boodschappen. Maar wij wisten wel beter. En voor mij was die glimlach van jou erbij veel belangrijker. 82 keer ben ik naar de supermarkt geweest terwijl ik eigenlijk geen boodschappen nodig had.
En drie keer heb ik je buiten de supermarkt gezien. De eerste keer op de fiets naar je middelbare school. Jij zag me niet. De tweede keer in een café. Jij was druk in gesprek met vriendinnen. Weer zag je me niet. Ik heb ook niet geprobeerd je aandacht te trekken, want jij was mijn kassameisje.
De laatste keer zag ik je op het station. Je had een grote tas bij je. Op weg naar de trein die je naar je nieuwe studentenstad zou voeren. Je zag me weer niet. Want je was vol van enthousiasme over je nieuwe avontuur. Eindelijk ook zelf studeren. Natuurlijk niet in de stad waar je zelf opgegroeid bent. De alles-wordt-minder-mannen hebben gelijk gekregen. Het is minder geworden nu je er niet meer bent. Het ga je goed met je nieuwe leven, en geniet van het studentenbestaan!
Liefs,
Je ex-stille aanbidder