Het
Het is een heel bijzonder woord. Slechts drie letters lang en toch slikken we er graag nog wat van in voor een klankvariatie. Is ut echt waar? Tis echt waar. Bovendien is het vet ambigu en heeft het diverse grammaticale, kurkdroge functies.
We gebruiken het als bepaald lidwoord, hoewel sommigen niet altijd weten – dan wel aanvoelen – of het erop volgende lidwoord onzijdig is. Daardoor gaat het weleens mis. Zelf vergis ik me makkelijk bij het woord wasmachine: het wasmachine klinkt voor mij prima. Waarschijnlijk omdat ik machine uitspreek als masjien en de wasmasjien klinkt dan raar. Het ligt vast aan mij.
Het als onderwerp in ‘het spijt me’. Waarvan je dan precies spijt hebt wordt niet benoemd, en voor de liefhebber: het is weliswaar onderwerp maar staat hier gevoelsmatig niet zozeer centraal. Daarom wordt me het psychologisch onderwerp genoemd.
Ook kennen we het als loos onderwerp wanneer iemand bijvoorbeeld opmerkt dat het regent. Maar als een loos onderwerp slechts voor de vorm wordt gebruikt, waarom is de keuze dan gevallen op het? Kennelijk vond iemand ‘hé, de regent’ geen goede vorm en is dan niet duidelijk dat het gras niet langer kurkdroog is.
In ‘het is fantastisch om over het te schrijven’ is het eerste het een voorlopig onderwerp. De bijzin is hier het eigenlijke onderwerp. Fantastisch toch?
Nog eentje dan. Ik krijg het warm; loos lijdend voorwerp. Tot zover de kurkdroge materie.
Wie een beoogde prooi voldoende literair inschat kan verrassend uit de hoek komen met deze fraaie Oudhollandse openingszin, daterend ergens eind elfde eeuw: ‘Hebban olla vogola nestas hagunnan hinase hic and thu, wat unbidan we nu?’ Met een beetje geluk worden jullie wakker in hetzelfde nest; tenslotte vraag je heel ordinair of jullie het gaan doen. En iedereen weet wat dat betekent. Iedereen. Gelukkig denk ik niet altijd aan neuken bij elk gevallen het-woord. Het ligt aan de context.
Helaas heeft het voor mij ook een uiterst zure bijsmaak gekregen. Of het een typisch vrouwending is weet ik niet, maar zij gebruiken het verdomd graag als een alles overkoepelend toverwoordje om me te dumpen: ‘ik vind het echt heel jammer, maar ik voel het gewoon niet’. Kun je iets specifieker zijn misschien? Wat nou, het? Inderdaad ontzettend jammer dit. Zeg het dan gewoon. Zeg dan dat ik niet die spannende, onvoorspelbare, dominante klootzak ben waar je wél geil van wordt. Het jeukt niet genoeg en alles blijft kurkdroog. Dát is het!
Zo, dat was het wel zo’n beetje.