It’s all about the money
Jessie J zingt in haar lied ‘Price tag’: ‘It’s not about the money’. Daarmee suggereert ze dat geld niet belangrijk is. Ik ben van mening dat geld wél belangrijk is. Oké, het kan geen liefde en gezondheid kopen, maar wel materialistische materialen die wel degelijk belangrijk zijn en dagelijks terugkeren in het leven. Dingen die je nodig hebt om van te kunnen bestaan, basismiddelen zoals eten en drinken, verzorgingsproducten, kleding en noem maar op.
Ik prijs mezelf niet de hemel in, maar als ik het zo mag zeggen dan heb ik alles bést goed voor elkaar. Ik heb een eigen huisje, elke dag brood op de plank en een grote kledingkast waar blazers in alle kleuren van de regenboog zitten. Hoe ik dat heb gedaan? Je kunt beter bekostigd zeggen: met geld, verkregen met bijbaantjes. Van vieze wc’s schrobben, zware dozen tillen, bessen plukken in een snikhete zomer tot in de spoelende regen kranten bezorgen: ik deed het wel, ook puur voor de werkervaring. En nu werk ik nog steeds naast mijn studie.
Veel jongeren worden financieel gesteund door ouders of verzorgers en hoeven daarom bijvoorbeeld geen schappen bij de Albert Heijn te vullen. Dat lijkt mij ook heerlijk hoor, niet hoeven werken. Maar aan de andere kant: hoe wil ik dan later aan de bak komen en rond komen als ik 0,0% werkervaring hebt? Ouders/verzorgers blijven je niet eeuwig geld toestoppen. En bedrijven nemen je vaak alleen aan wanneer je veel werkervaring hebt verricht.
Er wordt van jongeren verwacht dat ze de stelling van Pythagoras kennen, lineaire en kwadratische functies kunnen uittekenen en het aantal graden van een hoek in bijvoorbeeld een woonkamer kunnen berekenen. Kunnen ze wel rekenen op een goede toekomst? Natuurlijk horen ouders/verzorgers jongeren voor te bereiden op de toekomst, maar soms is die situatie daar niet naar. Ik vind het daarom jammer dat jongeren op de middelbare school, een belangrijke tijd waarin ze adolescent en jong volwassen worden, geen les krijgen in ‘de toekomst’: hoe belangrijk het is om te werken en om ervaring op te blijven doen. Na of naast de bijbaantjestijd komt studeren waar studiefinanciering op aan sluit. Wellicht een (studenten)kamer huren of een huis kopen, waar bij dat laatste weer een hypotheek komt kijken. Oh, hypotheek? Geld lenen! Zie je? Kort samengevat: alles staat in verbinding met geld.