Hordes Mensen
Ik sta op het perron. In de ochtend om kwart over 7. Me trein gaat over 10 minuten. Ik ben nooit zo vroeg. Nu wel. Ik sta in een hoekje aan het eind van het perron. Mensen komen één voor één het perron oplopen. Het is koud. Het vriest. Blieb blieb blieb… mensen checken in. Gek word ik van dat geluid. Het bord boven het perron verspringt. Met rode letters wordt aangegeven 5 minuten vertraging. Even later wordt het ook omgeroepen. Met enkele minuten komt de trein. Mensen kijken om zich heen, het lijkt ze weinig te doen. Het is geen verassing meer. We horen het vaker. Het zit in ons systeem. De vrouw naast me hoor ik zeggen “ hij is de laatste 2 weken geen één keer op tijd geweest”. Het wordt drukker op het perron. De trein komt.
Hordes mensen verzamelen zich bij de ingang van de wagons. Hordes mensen stappen uit. De eerste man stapt al naar binnen zonder dat alle passagiers eruit zijn gestapt. Het is een oudere man, tenminste hij heeft grijs haar. Mensen reageren hoofdschuddend. We stappen in. Ik zoek een plekje in de 1e klasse. Er zijn er nog een paar vrij. In de 2e klasse zie ik de eerste mensen al staan. “Goeie keus geweest”, bedenk ik me. Ik besluit me hoofd rustig tegen de leuning te plaatsten. Me ogen vallen dicht. Bij elke stop van de trein vallen me ogen weer open. Kijk om me heen. Zie een man in pak bij de deuropening staan. Bedenk me dat hij een 1e klas kaartje moet hebben en niet kan zitten. Ik zeg niks en doe me ogen weer dicht.
Bij de volgende stop zijn we in Amsterdam. Hordes mensen stappen uit. Vraag me af waarom ze zo boos kijken en zoveel haast hebben. Doe effe rustig man!! We lopen achter elkaar door de uitgang van de deur. Hordes mensen buiten zie je loeren en proberen zo snel mogelijk in te stappen. Ik stap heel rustig uit. Probeer me breed te maken en lach gulzig naar de mensen die buiten staan. Vervolgens lopen we de trap op. Hordes mensen. Jong en oud. Man en vrouw. Sommige in pak en sommige in trainingspak. Boven vertraagd de horde mensen, omdat we met zijn allen moeten uitchecken. Blieb, blieb, blieb. Gek word ik van dat geluid. Ik ga naar het winkeltje op de hoek. Koop 2 croissants. Een jongeman roept me 2 kassa’s verderop. “Goedemorgen meneer”, zegt hij. “Goedemor… 2,50”, zegt hij als ik me croissants neerleg. Ik wil pin… “gaat u gang” zegt hij. “Goedemorgen” roept hij, de volgende klant zegt “goedemorgen”. Ik pak me croissants. Kijk om me heen en zie hordes mensen staan. Ik loop door en verlaat het station. Me dag begint.