De kunst van relativeren.

Hoe dichtbij moeten terreur en andere nare gebeurtenissen komen om het allemaal echt te gaan begrijpen? Waarom heeft 9/11 zo’n impact op de wereld gelaten terwijl de vele terreuraanslagen van 2016 verdwijnen tezamen met het recyclen van krantenpapier en verwelkte bloemen op de gedenkplaatsen? Waarom stel ik deze vragen terwijl ik honderd deadlines heb voor mijn studie en ondertussen verdrink in de zee van mijn sociale leven, bijbaan en familie? Niet te beginnen over de winterdip en honderden verwarrende keuzes die een twintiger moet maken. De wereld waarin wij leven is realiteit en het besef slaat toe in momentopnames waarna ik direct nog een biertje bestel aan de bar. Vervolgens lig ik in bed en gaat alles weer spoken. Waar is het medeleven voor mijn medemens is de echte vraag. Ik wissel wat woorden uit over de laatste incident met klasgenoten en vrienden. Na wat ‘ oh wat zielig en oh wat erg’ gaan we door met onze levens alsof er nooit iets gebeurt is. Wij leren de kunst van relativeren, te denken; het is niet zo erg, het kon nog zoveel erger. Maar in werkelijkheid is alles wel zo erg, en een gebeurtenis ervaren, erover lezen, horen en zien is in puurste vorm zonder context. Berlijn en heel Duitsland is gechoqueerd en ik maar denken dat het nog zoveel erger kon, nog zoveel dichterbij. In werkelijkheid, nee, het kon niet erger. Daar niet. Voor de families van slachtoffers niet. Voor de mensen die het met hun eigen ogen zagen ook niet. Ik begrijp het steeds beter, ik zie het steeds scherper. Laten we een minuutje stil zijn. Laten we niet relativeren. Laten we 2017 niet het jaar zijn van oorlog maar wel van vrede en misschien zelfs van medeleven.