Gesloten winkels
In de winkelruit van een gesloten winkel in de avond schuilt verscholen schoonheid. Ze presenteert een stille leegte, waar je ongegeneerd in kan kijken. ’s Middags vangt ze vluchtige blikken voor het antwoord op een zoektocht, maar na sluitingstijd staat ze open voor een nieuwsgierige wandelaar, iemand die met verdriet struint of een verhitte hardloper, die even op adem komt en een wolkje op koud glas blaast.
Ik loop graag ’s avonds door een winkelstraat. Als er geen patat meer op straat wordt gegeten en er in restaurants niet meer wordt gebakken. Ik blijf staan voor een raam.
Binnen is het stil, verlicht en toch donker. Desolaat. Over een paar uur openen de deuren weer voor een storm van voeten, maar beter dan nu kom je niet binnen. Er brandt een lamp achterin de zaak. Ik hoop tegen de achterkant van een sierige fauteuil te kijken, een paar grijze haren die er boven prijken en de omtrekken te zien van een man die zijn lievelingsboek leest.
Winkeletalages hebben overdag nooit mijn aandacht. Ik vind ze schreeuwerig en ze gedragen zich als het populairste meisje uit de klas. Ze zijn mooi, je kunt niet om ze heen en je gaat er mee in zee omdat je wordt meegesleurd door je vriendin. Dat is ’s avonds helemaal anders. Ze worden dan bekeken door mensen die niet naar binnen kunnen, maar stoppen omdat er iets moois in te vinden is. De winkels veranderen omdat er niet meer naar gekeken moet worden. Alles staat zoals het moet staan.
Als je ’s middags een minuut bij een kapper naar binnen loert, zal een vrouw gevangen in een hoofdcouveuse, zich ongemakkelijk en bekeken voelen. Ze verwachten van je dat je binnenkomt. Kijken is kopen. ’s Avonds mag je turen en overwegen. Het raam reflecteert. Iets van jezelf en een raam van de overkant achter je. Soms zie ik mijn schaduw op een tafeltje liggen, op de grond of tegen een kast. Ik val op, maar sta ook overal buiten.
Sta ik morgen met de zon achter me en mijn voeten op de plek van mijn avondschaduw, zou iemand vragen of ik ergens mee geholpen kan worden. Ik kijk even rond en kom later terug, zou ik zeggen. Ik ben er weer. Nu er niemand is.
Een zoektocht naar een nieuwe stofzuiger of telefoon vindt plaats op internet, niet in de winkelstraat. Er is in winkels eigenlijk niets meer te vinden. Alleen stilte. Perfecte stilte.