De beloning
Ergens in 1978. Tweede klas van de lagere school. De meester vraagt me wat ik zou doen met een miljoen. Net als mijn klasgenoten zou ik een groot huis willen kopen. Zo eentje waar John Travolta in woonde, die koning van de dansvloer destijds.
Vier jaar later weer die vraag. Nog steeds dat huis. Een wereldreis. Een bedrijf beginnen. En toen kwam Angela: “Ik geef drie ton aan de kankerbestrijding. Mijn oma is aan kanker overleden en ik wil niet dat er nog mensen aan die ziekte dood gaan”. Daar waren we allemaal stil van.
Atheneum. Drie jaar hartgrondig gepest en genegeerd door hardvochtige klasgenoten. Een nieuwe betekenis van stilte: niet naar omkijken en in de ellende laten verzuipen. Wat een miljoen was? Wist ik veel, ik wist zelfs niet of dat wel veel was. De lessen bedrijfseconomie. Wat je moet doen met een miljoen? Er twee miljoen van maken.
2002. De euro. Van elke twee miljoen wordt één miljoen gemaakt (minus tien procent).
Zes jaar later zit ik zelf tussen de miljoenen. Een project bij een vastgoedbank. “Het komt vast goed met je, Oscar”, zei mijn oom. Wat een miljoen is? Een bedrag waarmee ik reken, niet een bedrag waarop ik reken. Als ict’er reken ik liever met een computer, dan op een beloning.
Zondag 25 oktober 2015. Na drie jaar zware strijd tegen kanker overlijdt mijn moeder. Ik moet denken aan Angela en haar drie ton. Maar de tijden zijn veranderd. Die goede doelen worden geleid door meneren die zichzelf met het ene miljoen na het andere belonen. Er volgt een golf van woede en kritiek in de media. Ja, maar dit is marktconform. Ja, maar dat was toen zo afgesproken.
Een jaar later. Rick Clemmer, directeur van NXP, mag geheel marktconform 391 miljoen op zijn rekening bijschrijven. Ik verwachtte een tsunami aan woede en kritiek in de media, maar het bleef stil. Kennelijk stelt een miljoen vandaag niets meer voor. Maar misschien is stilte wel het beste antwoord: niet naar omkijken en in de ellende laten verzuipen. Immers: “mo money, mo problems”, aldus die beruchte grote rapper.
En terwijl ik dit schrijf, is mijn blik gericht op de souvenirs van een themafeestje, twee weken daarvoor. Vooral die ene. Een kroon. Want het thema was “High School”, de zondagavond was “prom night” en ik werd verkozen tot koning van het bal. Na alle ellende van het atheneum en het verlies van mijn moeder voelde ik me de koning te rijk. 391 miljoen? Een nietszeggend getal. Geen woorden meer aan vuil maken. Zoals ik dat toen met mijzelf had afgesproken.