Lieve oma

Ik herinner het me nog zo goed, hoe leuk wij het samen hadden. Het maakte niet uit wat we samen deden. Als wij samen waren scheen altijd de zon.

Nu zijn je handen koud, je ogen ingevallen en je stem bibbert wanneer je me probeert te vertellen wat er is. Meestal snap ik je niet, omdat de woorden die je zegt niet bestaan. Maar als ik in je ogen kijk, zie ik wat je voelt. Ik ken je zo goed. Ik weet alle littekens en ik ken alle verhalen, die jouw leven hebben ingekleurd. Ik weet wat je graag eet, welke muziek je ontroerd en wat je angsten zijn.

Kan je je voorstellen, dat jij degene bent, die ik het dapperst vindt.
Je was bang voor kleine ruimtes, omdat je moeder je als vijfjarige uren had opgesloten in een kledingkast, omdat je in een ton met pek was gevallen, in het Keneaupark. Nu zit je opgesloten in een nog kleinere ruimte, waar je nooit uit kan ontsnappen. Je zit opgesloten in de ondoorgrondelijke, nauwe gangetjes van je eigen geest.

Een andere angst die je had, was het alleen zijn. Toen opa overleed stortte jij je met alle liefde die je in je had op de kleinkinderen en op het maken van avontuurlijke reizen, waarbij je nooit alleen was. Je reisde de hele wereld over, wat hebben we een plezier gehad, met mailen, de eerste mobiele telefoontjes vanuit Afrika en alle mooie verhalen die je met je mee thuisbracht.

Nu zit je in een aparte kamer, alleen. Dat is beter, zeggen ze, want als je tussen de anderen zit ga je met je hand op tafel tikken en wordt je soms boos. Ook krijg je antipsychotica, zodat je de verzorging niet slaat.

Mijn oma heeft de ziekte van Alzheimer, al vanaf mijn veertiende en sinds vijf jaar zit ze achter gesloten deuren. Deze brief stuur ik in, omdat ik vind dat iedereen moet weten wat er achter die “gesloten deuren” plaatsvindt. Het is van groot belang te weten wat er gebeurd, want ooit worden we allemaal oud en onze ogen sluiten voor deze ellende is een belediging voor onze (groot)ouders, die ons met hart en ziel hebben grootgebracht.

Mijn oma woont in een verpleeghuis in Haarlem, op een afdeling waar ze trachten een kleinschalig woonbeleid neer te zetten. Vaak als ik oma opzoek is er op de gehele afdeling geen verzorging te vinden. Oma is incontinent en zit soms van ’s ochtends 9 uur tot het naar bed gaan ’s avonds in haar eigen plas en poep. Oma kan niet meer lopen en zit de hele dag, in dezelfde positie. Dit resulteert in pijnlijke, ontstekende decubituswonden