Ik heb een label, dus ik ben?

Rosa S. 11 jul 2016

“Kees, ga je pilletje halen want je stuitert weer als een malle”. Nadat de bel was gegaan, bewoog mijn leerling zich als een olifant in een porseleinkast door de wandelgangen: een uitbundige groet hier, een amicale boks daar en tot slot een sprintje naar het volgende lokaal. Niets ontging aan zijn aandacht en andersom konden anderen hem ook moeilijk géén aandacht geven. Want hé, zijn gedrag valt op – en logischerwijs wordt er sneller een label op geplakt.

Dan zie ik Kees voor me, een lieve jongen die bruist van de energie. Hij heeft ADHD, maar uit mijn mond zal hij nooit horen dat hij zijn pilletje moet halen of dat hij qua concentratie een hopeloos geval is. Kees is creatief en behulpzaam. Wanneer klasgenoten vastlopen bij een moeilijke opdracht, is het Kees die met een geniale oplossing komt. Out of the box denken past hem wel. Aan energie en creativiteit geen gebrek, maar zijn rapport laat daarentegen wel wat gebreken zien. Zijn concentratie heeft hem in de weg gezeten, maar dankzij zijn doorzettingsvermogen en wat hulp gaat hij uiteindelijk toch over.

Op mij is ook een label geplakt. En dan zie ik de stereotype borderliner voor me zoals ze in films of series vaak wordt weggezet: als een manische, impulsieve en bijna onhandelbare vrouw, die óók nog eens extreem jaloers en verslavingsgevoelig is. De checklist van kenmerken van iemand met borderline is bij deze zo goed als afgevinkt, maar lang niet helemaal op mij van toepassing. Toegegeven, ik heb last van extreme stemmingswisselingen en sta regelmatig rood ‘dankzij’ impulsaankopen of gezellig een rondje in de kroeg. Terwijl ik worstel met mijn ongecontroleerde emoties, realiseer ik me ook dat ik mijn zegeningen kan tellen. Ik heb een stabiele relatie, veel waardevolle vriendschappen en een leuke, dynamische baan. Niet bepaald dingen die direct in verband worden gebracht met borderline. Ik ben een chaoot eersteklas, maar wanneer ik in een flow zit denk ik dat alles haalbaar is. Creativiteit en doorzettingsvermogen hebben ervoor gezorgd dat ik al heel wat punten van mijn bucketlist heb kunnen afstrepen. Zo wordt er toch nog een beetje orde geschept.

Ooit zou ik een boek kunnen schrijven met de titel Nul Tinten Grijs, over zwartwit-denken en het ontbrekende ‘grijze gebied’ van veel borderliners. Dat boek komt er niet. Niet alleen vanwege de verschrikkelijk slechte titel, maar vooral om niet in de slachtofferrol te kruipen en de stigmatisering van stereotypen te bevorderen. Iemand ís niet zijn stoornis.