De kinderlokker
Een man loopt in het park. Hij is vermoeid en zijn kleding is enigszins sjofel. In zijn nek heeft hij een tattoo die hij gisteren heeft laten zetten ter herinnering aan zijn pasgeleden overleden vrouw. Aangekomen bij een mooie open plek ziet hij een leeg bankje, vlak bij een speelplek. Hij besluit daar te gaan zitten om de stilte en het mooie uitzicht te ervaren. Ondanks dat zijn vrouw er niet meer is, kan hij toch genieten van dit moment.
Er naderen vier kinderen. Ze gaan luidruchtig spelen bij de speeltoestellen. Hij vindt het jammer van de rust, maar slaat verder geen acht op ze. Hij kwam immers om te genieten van het park.
De zon verdwijnt achter de wolken. Op dat moment passeren twee dames. Ze blijven even staan om naar de kinderen te kijken. Vervolgens kijken ze naar de man.
‘Zijn dat uw kinderen?’ vraagt de langste van de twee.
‘Nee,’ reageert de man.
De kleine en de lange kijken elkaar kort aan. De lange zet haar handen in haar zij, houdt haar hoofd scheef en kijkt met stuurse blik naar de man.
‘Waarom kijkt u naar die kinderen?’ wil ze weten.
Verbaasd kijkt de man op. ‘Waar hebt u het over? Ik zit hier gewoon van de zon te genieten.’
‘Ja, ja,’ zegt de kleine nijdig. Ze priemt haar vinger in de richting van de man. ‘Je bent een viezerik.’
De man heeft geen zin in deze insinuaties en staat op om weg te lopen. Op dat moment komt er een agent aan. De vrouwen keren zich naar de agent en de kleine gilt het bijna uit: ‘Deze viezerd staat die kinderen hier te begluren!’
De agent kijkt naar de sjofele kleding, de tattoo en de gepijnigde uitdrukking van de man.
‘Meneer, wilt u even hier blijven?’
De man reageert geagiteerd. ‘Waarom zou ik?’
‘Zie je wel,’ schreeuwt de lange vrouw de agent toe, ‘hij voert iets in zijn schild.’
De twee kleinste kinderen beginnen te huilen. De agent vertrouwt het niet en roept om versterking. Daarna pakt hij ruw de man vast.
‘Sluit hem op, die kinderlokker,’ roept de kleine nu hysterisch. Ze begint de man te slaan.
De man wil zich verweren maar wordt nu in de boeien geslagen door de agent. Twee politieauto’s arriveren met gillende sirenes. De man wordt met kracht door twee forsgebouwde agenten weggesleept. De dames ontfermen zich over de arme kinderen. Ze zijn blij dat ze hen hebben beschermd tegen deze gevaarlijke idioot.