Yuppen

Bij het open raam lees ik de krant: Boer dood door beet varken.
Merkwaardige dood. Sneu ook. Je kunt op alle mogelijke manieren dood gaan. Ik bedoel, als je een jaar of vijftien bent en je denkt na over je dood, is een beet van een varken niet het eerste dat bij je opkomt.
Daar denk ik over na terwijl onder mij een kabaal losbarst. Uit het raam hangend zie ik dat het jaarlijkse buurtbarbecue weer is losgebarsten.Over sneu gesproken.
Ik zie een lange tafel met een kleed erop dat ooit wit is geweest.
Het vlees is zo te zien niet aan te slepen.

Nu woon ik toevallig sinds kort in een buurt die, door gericht fokken, vergeven is van de pseudo yuppen. Van die namaak mensen die succesvolle zakenlui acteren.
Zo loopt er ook een directrice van een verfketen rond. Een dochter van oud geld.
Ze loopt onder mijn raam tegen een donker uitziende man met een haakneus op.
‘Goh,’ zegt ze arrogant. ‘Heb ik u niet eens doende gezien op de markt? Stond u niet in een soort van fallafelkraam? Kom help me eens.’
Haakneus kijkt beteuterd. Logisch want toevallig weet ik dat hij hier net een week woont en het jongste lid van de raad van bestuur van een grote bank is.
Dan wil je wel graag serieus worden genomen..

Persoonlijk ben ik niet gek op barbecues met van die door-getatoeëerde bierbuiken rond de tafel en Hazes krijsend uit twaalf boxen. Van mij mag het hoor, doe vooral wat je leuk vind. Aan mij is het niet besteed. Maar barbecues met yuppen zijn nog erger.
Dat ze dan net doen of ze ook gewone mensen zijn en dat ze dan met een bebloede halve varkenspoot in hun blote handen staan om die vervolgens met hun tanden aan flarden te scheuren. Dat vinden die yuppen te gek.
En dat allemaal onder het genot van een Port céleste, zus en een excellent Franse wijn, zo.
Ik vind het helemaal niks. Daarom laat ik mijn hond, Oom Doberman, maar eens uit.
Los deze keer.
Dat vindt hij te gek als hij bloed ruikt.