NISSAR

Foppen 21 jun 2016

Volgens mij heette hij Nissar. En zijn broertje Iftighar. Ik was denk ik acht en zat op de bassischool. Het hoofd van de school, ene Els, kwam onze klas binnen en vertelde ons dat we twee nieuwe klasgenootjes erbij kregen. En ze waren niet Nederlands, maar kwamen helemaal uit Afghanistan. Ik wist nog net dat dat niet binnen de ring van Amsterdam lag. Iftighar en Nissar kwamen binnen en lachten ons vriendelijk toe. Wij hen ook. Ze stelden zichzelf voor en daarna deden wij dat. Dat was de laatste keer dat er ooit als zij en wij werd gedacht.

We voetbalden met zijn allen. Ik kwam bij Nissar en Iftighar thuis tussen de middag. Ik moest mijn schoenen uit doen. En het rook er anders. Niet vies. Maar anders. En hun moeder was heel lief. We gingen samen op een sportvereniging. Ik zal niet zeggen welke sport het was, omdat het handbal was. En we leerden samen onze sommen. Iftighar kon dat stukken beter dan ik, maar goed, ik was een betere keeper.

Toen ik tien was, hoorde ik dat ze gevlucht waren. En dat ze daarom nu bij ons op school zaten. Ik vond het prima. Maakte mij niet uit wat je was; als je mama lief was en je mee voetbalde vond ik het al snel prima. Diezelfde avond was er een James Bond film op televisie. Welke weet ik niet meer. En ik hoorde mijn moeder zeggen dat James moest vluchten. En toen vroeg ik aan mijn mama waarvoor Nissar en Iftighar dan waren gevlucht. Niet voor zoiets als een man met een litteken en een witte kat hoopte ik nog, want dat zou echt veel te cool zijn.

Mijn lieve mama vertelde mij dat er oorlog was daar. En dat zij hun hele familie hadden achter gelaten om veilig te kunnen zijn. Mama liet me zien waar Afghanistan lag (en inderdaad het lag niet binnen de ring van Amsterdam). En vanaf dat moment veranderde iets in mij. Ik ging me anders gedragen naar ze.

Vanaf dat moment vond ik alles wat ze deden geweldig. Ik had een immens respect voor deze twee jongens en hun mama en hun papa gekregen. Ze waren moedig en leergierig en verbeterde mijn grammatica meestal.

Waar ze nu zijn? Terug. In Afghanistan. Niet omdat het moest, maar omdat het kon. Het was veilig. Toen. Heel even. En hun familie woonde daar nou eenmaal.

Ja. Volgens mij heette hij Nissar.