Would it kill you?
Al ruim vijf jaar zoef ik dagelijks op en neer tussen Amsterdam en Rotterdam: eerst met de Fyra, en nu de zogeheten Intercity Direct. Tussen de beschermende wanden van de treincoupés is een parallel wereldje ontstaan van forenzen die elkaar kennen – je komt elkaar immers elke dag tegen – maar toch ook weer niet. Er is de hippe creatieveling, werkzaam bij een groot voedingsmiddelenconcern (te herkennen aan het kerstpakket dat in december wordt meegesjouwd), de tot in de puntjes geklede en altijd telefonerende zakenman, en de carrièrevrouw slash moeder die inmiddels misschien gekozen heeft voor een baan dichter bij huis: ik zag haar buik twee keer groeien en nu zit ze al een poosje niet meer in de trein. Contact met elkaar is er nauwelijks; alleen als we weer eens stil komen te staan in een weiland, de bovenleiding kapot is of er een zwaan op het spoor loopt (ja, dat is echt gebeurd), wordt er gebroederlijk wat geklaagd: vertraging bindt.
Sommige medereizigers kom ik in het weekend tegen bij de supermarkt, op een festival of in de kroeg. De creatieveling even hip als altijd, de zakenman bijna onherkenbaar in spijkerbroek en op sneakers; de carrièrevrouw met kinderwagen overduidelijk in haar moederrol. Net als in de trein wordt er vrijwel nooit gegroet. Waarom eigenlijk niet? Aan het begin of eind van een drukke werkdag heb ik, eerlijk is eerlijk, ook niet altijd behoefte aan een gesprek, maar would it kill you to say hi? Een glimlach of een herkennend knikje – ik weet wat je doormaakt, we willen allemaal liever fluitend op de fiets naar ons werk – kost weinig moeite en maakt het geheel net iets gezelliger. Zonder over te willen komen als een immer-over-de-maatschappij-klagende-brompot, vraag Ik me toch af wat erachter zit: zouden mensen gewoonweg mijn gezicht niet herkennen, of snap ik misschien de spelregels niet? Bestaat er een treinetiquette die voorschrijft wanneer je wel en niet gedag zegt, zoals bij het hardlopen: als een van de weinige renners in een afgelegen stuk bos groet je een andere loper wel, maar in een met hordes hardlopers vergeven stadspark niet? Waar ligt de grens en wie bepaalt dat: ik vind het interessant. Ik word er in elk geval blij van als iemand wel contact maakt, hoe kort en onbenullig ook. Een beetje aandacht voor de anderen om je heen, daar is nog nooit iemand slechter van geworden.