Vluchtelingen breken de trend niet. Wij wel.
Geef me een oorlog en ik geef je vluchtelingen. Stuur ze naar één van de weinige plekken in de wereld waar ze wél rustig kunnen leven, en ik kan je vertellen dat nog voordat ze daar aankomen hun afwijzing op papier al is geregeld. Muren van bureaucratie en een ijzeren gordijn bestaande uit politici, die wanhopig elkaars armen vasthouden en tegelijk ook elkaars mening bevechten. Zes miljoen inwoners, telde Nederland precies honderd jaar geleden tijdens de eerste wereldoorlog, waarop we één miljoen Belgische vluchtelingen mochten ontvangen. Ook hier begon het met enthousiaste burgerinitiatieven, variërend van een koekje bij de thee tot het oprichten van een nieuw Amsterdam bestaande uit tenten op de Ginkelse heide bij Ede.
Geef me een miljoen vluchtelingen en ik geef je er minstens één bij die zich misdraagt. Zo ging het toen en zo gaat het nu. Journalisten die er als de wolven op zaten te wachten mochten eindelijk hun maaltijd tot zich nemen: de daden worden flink uitvergroot en alle vluchtelingen krijgen de schuld. Actie is reactie en een onbegrip bij de bevolking groeit. Met zachte drang werden onze Belgen gehint dat ze misschien toch maar eens terug moesten keren. Maar het was al te laat: een gigantisch ijzeren gordijn, bestaande uit schrikdraad met 2000-volt erop, werd al op de grens gezet. Zo ging het toen en zo gaat het nu. Het ijzeren Balkan-gordijn is geplaatst en vele vluchtelingen zitten vast. Ze zitten vast tussen wal en schip. Ze zitten vast tussen enthousiasme en onbegrip. Ze zitten vast tussen vrijheid en vrede, in een dal genaamd asiel. De trend van een vluchteling kan simpelweg niet worden gebroken. Geschiedenis is dan ook slechts het zielige verhaal waarin eigenbelang het constant wint van rechtvaardigheid.
En zo geldt het ook voor de oplossing. De Belgische vluchtelingen konden pas weer terug naar huis toen de oorlog was afgelopen; niet eerder en niet later. Zo zal het ook vandaag gaan. De vluchtelingen zitten hier vast en wij mogen simpelweg niet van ze verwachten dat ze eerder terug zullen gaan dan wanneer de oorlog is afgelopen. Tot die tijd ligt de keuze bij ons. Houden wij ze vast in deze eindeloze herhaling van welkom en onbegrip? Of breken we voor eens en voor altijd deze trend en verwelkomen we ze als onze nieuwe burgers.