“Hoe schrijf je het nou: verrassing of verassing?”
Vroeger gaf ik niet zo veel om taal. Als ik hier en daar een foutje maakte, had ik het vaak niet eens door. Tot ik de opleiding Communicatie ging doen en mijn kijk op taal flink veranderde. Tijdens projecten kan ik uren bezig zijn met het corrigeren van teksten van studiegenoten. Wist je dat een gemiddelde hbo-student 81 taalfouten op een A4’tje maakt? Ik geef toe: zelf maak ik ook nog wel fouten. Er zijn namelijk van die woorden die je altijd googlet (ja, zo schrijf je dat écht!). Ik geef je vandaag een minitaalles mét leuke voorbeelden.
In mijn zoektocht naar woorden waar een student (en misschien jij ook wel) over twijfelt, vroeg ik het aan een tweedejaarsstudente Communicatie. Cynthia Schouten van HSPR, het pr-bureau voor en door studenten van de opleiding Communicatie aan Hogeschool Leiden: “Ik ken een heleboel mensen die altijd verassing schrijven in plaats van verrassing.” Verassen is een bestaand woord en volgens Van Dale betekent het ‘in as doen overgaan’. Wanneer je dus een prettige onverwachte gebeurtenis organiseert, is het een verrassing met dubbel ‘r’.
Fouten die in het dagelijkse leven veel worden gemaakt en waar jij stiekem wel op hebt gegoogled, zijn: te allen tijde, sowieso en bij dezen. Huh, schrijf je die woorden echt zo? Ja! Te allen tijde is bijvoorbeeld een staande uitdrukking en hierin zijn enkele oude naamvalsvormen behouden gebleven. Hetzelfde geldt voor bij dezen. Op ‘sowieso’ zijn er veel en soms zelfs gekke variaties te vinden. Denk bijvoorbeeld aan: zowiezo, sowiezo, zoiezo en zowieso. Het is toch echt sowieso, overgenomen uit de twintigste eeuw.
Dan is het nu tijd voor een supersnelle taaltest. Wat is juist? HAVO’er – HAVO-er – havo’er – havoër. Het goede antwoord is ‘havoër’. Ik hoor je hardop denken: “dat ziet er toch niet uit?”. Het ziet er inderdaad niet heel mooi uit, maar dat is helaas toch de juiste spelling. Havo is een letterwoord en als je een letterwoord niet met hoofdletters schrijft, schrijven we een afleiding ervan in één woord. Om een klinkerbotsing te voorkomen, komt er een trema: havoër.
Ik ga er vanuit (of is toch ‘ervan uit’ of ‘ervanuit’?) dat jullie veel hebben opgestoken van deze minitaalles.