De scheidsrechter heeft het gedaan !!!
Verliezen is zuur. Gelukkig wordt het wat minder zuur als je de schuld van je nederlaag aan iemand of iets anders kunt geven. Ook als die schuld niet terecht is. In het voetbal, onze nationale sport, gaat de voorkeur uit naar de enige persoon tussen de lijnen die geen clubtenue draagt. De scheidsrechter heeft het weer gedaan! Balverlies? Scorekans verprutst? Doelpunt tegen? De scheidsrechter is de gebeten hond, die soms vooraf wordt gegaan door een ziekte waar je liever niet aan lijdt. Of opgevolgd door een hier niet nader te noemen mannelijk geslachtsorgaan. Zelf maakt een voetballer natuurlijk nooit een fout; sommigen van hen worden immers “Godenzonen” genoemd. Want alleen zij, die door God zijn verwekt, zijn 100% perfect.
Zelf ben ik ook een soort van scheidsrechter. Alleen heet die bij ons toernooileider. Of chairman. Ik ben dat in Die Andere Nationale Sport. Ik zie je de hoofdletters al achter elkaar zetten. Ja, je hebt het goed, ik ben toernooileider in de danssport. Die sport waarover je amper iets in onze kranten leest. Wellicht omdat veel mensen het geen sport vinden. Maar ook die sport die stiekem door meer mensen beoefend wordt dan de meesten denken. Want die Zumba fitness in je plaatselijke sportschool is ook een vorm van dans. Er dansen meer mensen dan dat er voetballen.
Toegegeven, het is niet eenvoudig. Ik moet het zonder fluitje doen. Ik kan geen gele of rode kaarten geven, zoals mijn collegae in “die andere sport”. Aan de andere kant heb ik wel meer mensen langs de lijn, juryleden genaamd. Meestal vijf of zeven, soms meer. Protesten zijn er weinig. Daar hebben de acteurs op ons strijdtoneel namelijk geen tijd voor; waar men in “die andere sport” tweemaal drie kwartier heeft, gebeurt hier alles in drie tot vijf sessies van hooguit twee minuten. Ik moet altijd lachen om de commentaren als in “die andere sport” een team weer eens lelijk heeft gewonnen, of tegen de veldverhoudingen in. Dat is in onze sport niet mogelijk. Verlies is bij ons vooral een stimulans om de eigen prestatie nog verder te verbeteren, in plaats van de scheidsrechter aan te vallen.
Als toernooileider moet ik neutraal blijven. Maar stiekem geniet ik wel van de geleverde prestaties. En dan kom ik na afloop van de wedstrijd thuis en lees de enthousiaste Facebook-berichten van de dansers die weer eens boven zichzelf uitgestegen zijn. Op een wedstrijd die ik heb geleid. Dan denk ik bij mijzelf: dat heeft die scheidsrechter toch maar weer mooi gedaan.