Lieve medereizigster
Op vrijdag 15 april rond 15:30 stond ik in een veel te volle trein richting Amersfoort. Op het moment dat de deuren net dicht waren gegaan, rende er een meisje (laten we haar voor het gemak Ellen noemen) vanuit de coupe naar het middenstuk. Ze was in paniek en vroeg of iemand de deur voor haar open wilde maken. Mijn mede-treinreizigers gaven aan dat dit niet kon aangezien we al begonnen te rijden. Ellen begon snikkend om zich heen te kijken en wist zich geen raad. In alle hectiek en drukte op het station, had ze haar tas op het bankje laten liggen. Het had de beste kunnen overkomen. Een medereiziger met een grijze jas, blond opgestoken haar en een zakje M&M’s in haar zak, bood haar telefoon aan zodat Ellen naar het station kon bellen. Een drukke en warme tien minuten later was er contact gelegd met Utrecht Centraal. Ik weet niet precies wat er allemaal tijdens dit gesprek gezegd is, maar het leek er niet op dat de tas gevonden was. Ellen wilde nog steeds zo snel mogelijk terug gaan om zelf te zoeken. Vlak nadat de conducteur had gemeld dat we bijna in Amersfoort waren, bood het meisje met de grijze jas aan mee terug te reizen naar Utrecht om daar, samen met Ellen, op zoek te gaan naar de tas. Ellen keek het meisje met de grijze jas aan en knikte dankbaar haar hoofd. Samen stapten ze een paar minuten later uit, op weg naar Utrecht. Lief meisje met de grijze jas; ik hoop dat je dit leest. Je hebt mijn dag goed gemaakt en ik zou willen dat er meer mensen zoals jij bestonden. De wereld is een beetje mooier geworden door jou vandaag!