Kan ik u helpen?

Jan van Oranje 20 apr 2016

‘Goedemiddag meneer, kan ik u helpen?’ Ik zet net een poot in de kledingzaak en hop, daar komt ze al aangehuppeld. ‘Ik weet het niet, wat kan je zoal?’ vraag ik het jonge ding dat mij met een loopse blik aan kijkt waar ik puberaal verlegen van word. Ze heeft een ultra kort shirtje aan. Of het is een extra lange kol, dat kan ook. In haar duidelijk zichtbare navel zit een piercing. Daar hangt een bling bling hartje aan dat bij elke zucht die ze doet heen en weer wiebelt. Ik kan er niets aan doen, maar staar de hele tijd naar haar navel. Het kost me een schop tegen mijn schenen van mijn allesziende vrouw.

Om een tweede pijnlijke schop te voorkomen, zeg ik haar snel dat ik een broek zoek. ‘Wat voor broek zoekt u?’ En juist aan zulke vragen heb ik een bloedhekel. ‘Gewoon, een broek. Met twee pijpen en een gulp.’ Deze keer is een tweede blauwe plek niet te voorkomen. Mijn vrouw struint alle rekken af en heeft in no time een berg broeken bij elkaar verzameld die ik dan maar even moet gaan passen. Dus ik wurm mijzelf in zo’n kuthokje van een halve vierkante meter en de striptease gaat van start. Op de een of andere manier tref ik altijd een pashokje waarvan het gordijntje te smal is. Dus ik mag kiezen of ik links dan wel rechts vol in het zicht wil staan. En noem het preuts, maar ik voel me dan altijd behoorlijk opgelaten. Nadat ik als een slangenmens bezig ben geweest om mijn broek uit te krijgen zonder dat ik met pashokje en al om zou lazeren, vraag ik mijn vrouw om de eerste broek. Te klein. De tweede…. Te groot. Te wijd. Te smal. Verkeerde kleur. Rare pijpen. En zo pas ik een broek of twaalf die ik zelf nooit gekozen zou hebben.

Ik heb net broek zoveel uitgedaan, sta nog half met mijn kont naar achteren richting te krap gordijntje, als het verkoopstertje onaangekondigd ineens het gordijn open snokt. ‘Lukt het?’ vraagt ze. ‘Nee trut’, zeg ik. ‘Ik ben al jaren seniel en kan mezelf niet meer zo goed aan- en uitkleden. Ik ben ook extreem incontinent en laat in krappe ruimtes soms spontaan alles lopen.’ Het kind staart mij aan. Haar navel ook. Ik krijg ineens de neiging om haar piercing er met één ruk uit te snokken.

Jan van Oranje
www.janvanoranje.nl