Vrouwen die mannen haten.
"Ben je bang?" – Ik kijk op.
De jongeman naast mij kijkt mij vragend aan. Zijn kastanjebruine krullen dansen langs zijn gezicht. Met de zon in zijn rug, lijkt het alsof hij licht geeft. Als je je oor tegen zijn ogen zou leggen, zou je de zee horen. Hij lijkt op een engeltje.
De verwarring is van mijn gezicht af te lezen, want hij werpt een blik op het boek dat voor mij ligt.
‘Liefdesbang’ van Hannah Cuppen. Een boek over hoe je kunt omgaan met verlatings- en bindingsangst. De kaft is zuurstokroze, alsof het enkel voor vrouwen geschreven is. Alsof alleen vrouwen ‘liefdesbang’ zijn. Alsof ieder klein meisje deze psychologische bijbel niet mag missen als handvat in het leven. "Gefeliciteerd met je 6-jarige verjaardag lieverd. Tijd om je cadeautjes uit te pakken! Malibu Barbie, Malibu Ken en het boek ‘Liefdesbang.’ Dan leer je alvast dat Ken in real life een douchebag is."
Ik heb het boek niet op 6-jarige leeftijd gekregen. Twee jaar geleden kreeg ik het cadeau van mijn toenmalige schoonmoeder. Ik wist niet eens dat ik verlatings- én bindingsangst heb. Het was ongemakkelijk.
"Haat jij vrouwen?" – De engel in de trein heeft het boek ‘Mannen die vrouwen haten’ van Stieg Larsson voor zich liggen.
Hij lacht. "Verre van. Waarom lees je zo’n slecht boek?"
"Ik heb verlatings- en bindingsangst. Ik weet het zelf niet, maar als iedereen het zegt, dan zal het wel zo zijn."
Zijn ogen beginnen te glimmen, hij schiet in de lach. "Meisje toch, wie zegt dat dan?"
"Precies een week geleden kwam ik erachter dat de jongen waar ik mee date, al acht jaar een vriendin heeft. Maar ik wilde hem niet laten gaan. Hij gaf mij toen de stempel ‘verlatingsangst.’ Maakt dit mij een slecht mens?"
"Nee, dit maakt hem een eikel."
"Mijn vrienden noemen mij niet voor niets een eikelmagneet."
Zijn vrolijke lach verandert in een meelijwekkend glimlachje. Hij klapt zijn boek dicht en kijkt me aan. "Heb je zin om eens een kop échte koffie te drinken?" doelend op mijn Starbucks beker. "Misschien kan ik ervoor zorgen dat je niet meer bang bent."
Ik neem zijn gezicht in mij op. Vriendelijk. Oprecht. Geen eikel. Niet mijn type.
"Ik ben niet bang. Gewoon een vrouw die mannen haat."