Tot dan, Cowgirl!
Elke ochtend sta ik op het perron met een cowgirl. Zo zal ze zichzelf misschien niet noemen, maar zo omschrijf ik haar wel. Een cowgirl met een eigen stijl.
Het is een vrouw van een jaar of 45, haar kortgewiekt en hoogblond. Ze draagt altijd een wijde broek, zo een die street- of breakdancers ook aan hebben. De uiteindes van de broekspijpen lopen over in lichtbruine, leren cowboylaarzen met witte stiksels. Ze heeft ook een jas aan. Wederom gemaakt van lichtbruin leer en met een lengte die net niet flatteus is – tot halverwege haar kuiten. Het geheel is afgewerkt met een felrode lippenstift en een grijsgebreid mutsje. Vooral dat mutsje valt volledig uit de toon.
Ik vind het altijd leuk als ik de vrouw weer zie staan en het valt me ook op als ze er niet is. Om me heen zie ik meer mensen gluren. Ik weet niet wat ze denken. Misschien wel hetzelfde als ik, misschien zijn ze afkeurend of juist blij verrast. Misschien zouden ze willen dat ze zelf ook zoiets durfden te dragen.
Hoe dan ook, ik heb wel bewondering voor Cowgirl. Want hoewel ik er – Carnaval daargelaten – nooit zo bij zou lopen, blijft ze wel in mijn geheugen hangen. En in die van al die andere perronmensen. Misschien wordt ze dagelijks besproken tijdens de lunch op de werkvloer? Of tijdens een sportsessie diezelfde avond?
Of het nu positieve of negatieve praat is, ze springt in elk geval uit boven het gros, zoals jij en ik. Denk maar niet dat Cowgirl weet dat ik elke dag op dat perron sta, hoor. Met mijn H&M spijkerbroek, doorsnee enkellaarsjes en iPhoneoortjes.
De trein komt en ik stap in. Cowgirl zit een paar coupés verderop, onttrokken aan mijn zicht. Morgen werk ik vanuit huis, dus zal ik haar niet zien. Ik kijk alweer uit naar maandag. Tot dan, Cowgirl.. .