Stil, maar niet zwijgend
Kwart voor zeven. Een dag die begint zoals alle andere. Ik heb mijn ochtendrituelen achter de rug en ben op weg naar het station. Inchecken en wachten op de trein. En als ik eenmaal mijn zitplaats heb gevonden, de Metro, een flesje water en een glimlach. Een overblijfsel van die mop over Belgische overdekte luchthavens. Nog niet wetende, wat ik nu weet.
Al na een kwartier hoor ik het woord “Brussel”. Ik hoor het aan en laat het gaan. Geen tijd om er aandacht aan te besteden, de productiesoftware weigert namelijk op te starten. Of zoals dat in ICT-kring heet: het is brand. Ik weet dan nog niet, wat ik nu weet.
De middagpauze. “Heb je het al gehoord, Oscar?” Nee, ik heb het nog niet gehoord. Ja, ik heb het wel gehoord. Brussel. Luchthaven. Brand. En bomexplosies. De knallen moeten oorverdovend zijn geweest. Maar ik wil het niet meer horen.
Het werk zit erop. Ik hoor en lees de verhalen. Het vingertje wijzen, vooral naar bewoners van landen uit het Midden-Oosten en Noord-Afrika. En naar vluchtelingen. Gisteren werden ze nog welkom geheten, vandaag zijn het gelukzoekers die onze economie leegtrekken, morgen gezanten van Daesh die onze wereld willen vernietigen en met dezelfde wreedheid moeten worden bestreden. De massa die het logisch vindt dat het zover is gekomen. Dat ons hetzelfde lot te wachten staat als we nu niet massaal op onze Grote Blonde Leider gaan stemmen. Hard praten, niets zeggen. Luidruchtig, maar als het erop aankomt, zwijgend.
Ik ben thuis. Ik weet niet wat ik ervan moet vinden, voel me machteloos. Maar als ik dat zeg, ben ik een jankerd. Als ik het geweld afkeur, ben ik een lafaard die niet wil vechten. Als ik zeg dat het niet de schuld is van de moslims, ben ik een hersenloze stomkop. Als ik vind dat dialoog meer brengt dan wapengekletter, ben ik een linkse landverrader. Ik mag niet politiek correct zijn, want dan ben ik schuldig aan alle ellende. Wat moet ik zeggen in een wereld waarin geen plaats meer lijkt te zijn voor nuance? Wie het weet, mag het zeggen. Niet allemaal tegelijk graag.
André Hazes had gelijk: ik zeg maar niets meer. Goed, ik ben stil, maar niet zwijgend. Want wie zwijgt, stemt toe. Wie zwijgt, accepteert een wereld waarin de mens alleen maar aan zichzelf denkt. Waarin lastige vragen van lastige mensen met wapens beantwoord worden. En waarin de mens uiteindelijk zichzelf vernietigt. Een aarde zonder mensen. Is DAT wat we willen?