De taal van het terrorisme
Vannacht werd ik wakker van de hoofdpijn. Vandaag gaat de hoofdpijn niet over, wat ik ook doe. Ik bekijk het nieuws maar dat had ik beter niet kunnen doen. De terrorist sluipt steeds dichterbij, vanuit alle delen van de wereld langzaam naar Spanje, Engeland, Frankrijk en nu ook België. Huilen voor de tv, dat is wat ik deed toen de aanslagen in Parijs nog zo kort geleden plaats vonden. Vanuit Dubai lijkt alles nog beangstigender. Vooral omdat ik zo ver weg ben van al mijn geliefden die zo dichtbij de aanslagen zijn, terwijl ik geografisch gezien dichterbij de meeste terroristen ben die hier in de buurt hele contreien terroriseren, gek contrast. Huilen kan ik dit keer niet. Het lijkt wel alsof ik op slot zit. Mentaal en fysiek. Als een gigantische luie leeuw in een gouden kooi.
Vragen spoken door mijn hoofd. Hoe ver kan terrorisme eigenlijk reiken? Hoeveel zijn het er precies? Hoe kun je dit in hemelsnaam tegen houden? “Nu gaan we nog meer theedrinken” lees ik op Facebook. Nee, met alleen theedrinken komen we er niet, met alleen theedrinken gaan we de zaken niet oplossen. Maar met geweld wel dan? Is dat de taal van het terrorisme? Volgens sommigen is de taal van het terrorisme Arabisch en legt dat directe verbanden met de islam en dus met alle moslims. Kan niet, mag niet, is niet zo. Dat wordt voor mij alleen maar bevestigd nu ik zelf in een islamitisch land woon. De islam is niet het probleem, de strenge verweven wetten en de verkeerde interpretaties zijn funest. Maar wat kunnen wij Nederlanders hier mee? Waar ligt de grens? Hoe pakken we dit aan?
‘De geschiedenis van Amsterdam’ (en Nederland) van Russell Shorto, herinnerde mij eraan hoe we eeuwen lang gevochten hebben voor onze vrijheid. Hoe we hebben gestreden om kerk en staat te scheiden. Zo lang leven we nog niet vredig samen met de Europese landen om ons heen, dat heeft ons veel tijd, bloed, en energie gekost. Moet dat nu allemaal opnieuw? Met mensen die ‘ons’ niet begrijpen, nooit zullen begrijpen? Bovendien weet ik niet eens meer wie ‘ons’ precies is, aangezien ‘ze’ zich tussen ‘ons’ door bewegen in ‘onze’ maatschappij. Ik weet het niet, maar één ding is zeker; ik wil mensen die leed veroorzaken bij onschuldige mensen nooit begrijpen en ik wil dat dit stopt. Net als het overgrote deel van de mensheid trouwens, en de meerderheid telt, en zal zegevieren in de taal van de liefde, potverdorie!
Layla van der Gaast
Dubai, 22 maart 2016