Alles komt goed
Zomaar een dinsdag in de lente die dat nog niet is.
De bloemenman zet zijn emmers buiten, de buurman staat op de tramhalte, de caissière opent haar kassa. De schilder schildert fluitend een kozijn.
Een doordeweekse dag. De chirurg pakt zijn lancet en hoopt dat alles goed gaat. De patiënt hoopt hetzelfde.
De reiziger reist om zijn doel te bereiken en weer heelhuids thuis te komen. Hij strandt op een vliegveld. Niemand weet iets anders dan anonieme getallen: gewonden en doden. De journalist doet verslag. De politicus betuigt zijn medeleven.
’s Avonds praatprogramma’s, deskundigen geven hun meningen die tot discussies leiden. Voor- en tegenstanders van oplossingen die er niet zijn.
Ergens wordt een baby geboren, of hij wil of niet…
Gewoon weer woensdag. Oprechte deelneming van over de hele wereld voor België. Eensgezindheid wint het van extremisme tot de volgende aanslag.
Bij DWDD zit Fidan Ekiz aan tafel. Zij praat over haar nog uit te zenden documentaire ‘Alles Komt Goed’. Naast haar journalist, regisseur Abdelkarim El-Fassi, die in gesprek is geraakt met Fidan omdat zij een tijdje geleden moslims heeft opgeroepen zich openlijk te distantiëren van extremisme, waar hij het niet mee eens is omdat dat volgens hem juist polariserend werkt et cetera. Hij zegt ook nog dat we maar moeten accepteren dat er meer geweld in de wereld komt; niet dat hij dat wil natuurlijk. Kortom: meningen die niet tot een oplossing leiden en ergens in een praatprogramma stranden en bij ego’s blijven steken. Maar iets niet kunnen oplossen wil nog niet zeggen dat je het moet accepteren. Doden, gewonden, mensen met de nek aankijken zoals dat met Fidans vader gebeurt: onacceptabel!
Donderdag ‘The Passion’: voor gelovigen en ongelovigen, omdat dat hier (nog) kan.
‘We zijn met meer,’ zei de minister-president dinsdag. ‘We blijven een open samenleving houden in Nederland.’
Een naïeve gedachte. Als er een golf van inbraken is doe je een extra slot op je deur.
Was iedereen maar zoals u en ik, dan zouden sloten op deuren volstrekt overbodig zijn. En toch uniek, omdat verschillen ons aantrekken, omdat we mens zijn.
De vrouw in het ziekenhuis heeft fantoompijn, veroorzaakt door een vijand die zij niet kende en die niet haar vijand was. Ze zal zich afvragen waarom en voor wie zij haar been moest verliezen.