Het monster in mij temmen
Soms haat ik de persoon die ik word wanneer ik onzeker ben, want dat is niet wie ik wil zijn. Door het constant piekeren, verandert mijn gedrag. Wanneer het een ding is dat mij onzeker maakt, dan word ik een vrolijk en hyper persoon om mijn onzekerheid te verbergen. Maar er is ook een andere kant. Het kan namelijk ook voorkomen dat ik een muurtje om mij heen ga bouwen. Het lijkt dan alsof de personen die mij onzeker maken mij minder pijn kunnen doen. Terwijl ik mezelf van binnen nog steeds op vreet.
Iedereen is wel eens onzeker en iedereen gaat hier op een verschillende manier mee om. Persoonlijk vind ik mijn manier van hier mee omgaan niet zo geslaagd. Vooral niet nu ik het op papier zet. Ik ben graag vrolijk, maar soms laat ik helaas ook het monster in mij los en dat monster jaagt mensen weg uit mijn leven. Ik zeg dingen die ik niet meen, ik doe dingen die ik normaal niet zou doen.
Een van mijn grote struikelpunten in mijn leven is dan ook verliefd worden. Wanneer ik die persoon zie, komen er niet alleen kriebeltjes in mijn buik, maar ook enorm veel gedachtes in mijn hoofd. Zucht. Denkt die persoon over mij, zoals ik over die persoon denk? Weet die persoon überhaupt wel dat die speciaal voor mij is? Omdat al die vragen mij zo onzeker maken en ik daardoor niet meer durf te doen wat ik normaal zou doen, wil ik antwoord op die vragen. En dan gaat er in mij een knopje om.
Ik kan niet, zoals de meeste mensen, gewoon gaan praten met die persoon en dan rustig afwachten en kijken hoe die persoon er op reageert. Rustig afwachten maakt me kapot van binnen. Piekeren maakt me chagrijnig. Dus één week piekeren is meer als genoeg. Mijn omgeving houdt het nooit vol wanneer ik de tijd neem en een maand lang met al die pieker gedachtes in mijn hoofd ga rondlopen. Nee, ik ga dingen zeggen waardoor het lijkt alsof het me allemaal niets doet en dan hoop ik dat die persoon iets liefs terug gaat zeggen zodat ik kan zien dat het die persoon wel iets doet.
Ik doe mijn uiterste best om controle te krijgen over mijn onzekerheid en om hier op een andere manier mee om te gaan. En in de tussentijd verlies ik helaas mensen om mij heen die op moment van onzekerheid het monster in mij niet kunnen temmen. Het spijt me.