Vaarwel Mo!

Zes weken geleden ontmoetten wij Mohammed. Een Koerdische Syrier, of volgens hemzelf ‘gewoon Koerdisch’. De afgelopen weken zagen wij Mohammed bijna iedere week. Mohammed werd al snel Mo, al moest hij daar zelf nog altijd een beetje om grinniken. Een innemende jongeman, lief, rustig en attent. En ontzettend leergierig. Hij is een vriend van ons geworden. Samen met zijn vrienden Omar en Aziz, andere Koepelbewoners, aten en praatten wij. Een woordje Nederlands, een woordje Engels. Een beetje Farsi, een beetje Arabisch en hier en daar wat Turks. En we maakten muziek, hij speelde de citar, wij de gitaar. Terwijl Aziz uit volle borst liederen uit de Titanic zong.

Morgenochtend vertrekt Mo, om negen uur zal hij klaar staan met zijn spullen. Hij heeft een brief gekregen met de mededeling “Regering van Nederland oordeelt tot overdracht” en bijbehorende instructies. Vanmiddag wist Mo niet waarheen, maar inmiddels weten we dat hij wordt overgeplaatst naar een Azielzoekers Centrum zo’n 150 kilometer naar het Zuid-Oosten. Het COA – de regering – zal hier vast goede redenen voor hebben. Overplaatsingen zijn een inherent onderdeel van het Nederlands asielzoekersbeleid. Mo is ontzettend blij en dankbaar voor alles wat voor hem is, en wordt gedaan sinds zijn komst in Nederland, nu ruim drie maanden terug. Toch is Mo verdrietig. Hij wil niet weg, hij voelt zich thuis in Haarlem en gaat zijn vrienden in de Koepel en daarbuiten missen. En wij hem.

Terwijl Mo’s Nederlandse woordenschat met de week toenam (van ‘handdoek’, en ‘waterkoker’, tot ‘afstandsbediening’ en ‘kerstboom’) leerden wij iedere week iets meer over hem. Langzamerhand begon hij meer te vertellen over zijn reis uit Syrie – te voet, met de bus, de trein en de boot door Azie en Europa – tot aan de Koepel in Haarlem. Vanavond nemen we voorlopig afscheid van Mo. We zullen hem op de kaart laten zien waar hij morgen naartoe verhuist. Ik vraag me af wanneer Mo weer vrij zal zijn, om te gaan en te staan waar hij wil. Wanneer hij zijn vrouw en twee jonge kinderen weer zal zien en waar en wanneer hij thuis zal zijn.

Mo, het ga je goed. Wij gunnen jou de wereld. Maar vooral een thuis. Dankjewel en tot gauw!