Snap de boodschap
Ik doe zelden boodschappen. Ja, ik haal regelmatig iets bij de supermarkt. Ik bedoel boodschappen voor de hele week, waarbij je vooraf hebt bedacht wat je die week gaat eten. Dat gebeurt nauwelijks. Als student heb ik weinig nodig. Als chaoot weet ik ‘s ochtends nog niet wat ik ‘s avonds ga eten. Dus ga ik bijna elke dag na stage langs de supermarkt. Ik koop wat ik nodig heb. Plus een hele zooi chips en andere ongezonde, niet-nodige, dingen, dankzij slimgeplaatste reclamerekken van de supermarkt en het feit dat dan het etenstijd is. Gisteren was anders. Gisteren besloot ik écht alleen te kopen wat ik nodig had. Vastbesloten marcheerde ik de supermarkt in. Ik beende bijna alle paden zonder blikken of blozen voorbij. Nog geen minuut later stond ik met mijn ‘boodschappen’ bij de kassa. Eén brood, één tomaat. Eén kassa open, één iemand voor mij. Een oudere dame was halverwege het uitladen van een enorme kar met boodschappen. Duidelijk de weekboodschappen. Ik had honger. Het was immers etenstijd. Ik legde mijn boodschappen nog niet op de band, maar bleef wat staan wiebelen achter de dame. Met mijn brood en tomaat duidelijk zichtbaar, hopend dat ze de boodschap zou snappen.
‘Wil je eerst?’, vroeg de dame vriendelijk. In mijn hoofd had zich een prachtig beleefde zin gevormd, voor als dit moment zou komen. Ik floepte er echter, zonder een seconde twijfel, een hele andere prachtig beleefde zin uit: ‘Nee hoor, ik heb geen haast.’
Nee, haast niet. Wel honger. ‘Zeker? Anders moet je zo lang wachten.’ Tweede kans! Mijn hoofd formuleerde opnieuw een ‘O, wat aardig, dank u wel’.
‘Dat hoeft niet, gaat u maar rustig verder’, floepte mijn mond. Sufferd. Afijn, het wachten begon. De kassa-aanbiedingen staarden mij aan. Ik staarde naar de kar van de dame, waar een eindeloze stroom boodschappen uit kwam. Thee, vlees, groenten, hondenbrokken. O, ze heeft dus een hond, dacht ik. Vast een schattig schoothondje. Ik dacht ook: Ik had nu al thuis kunnen zijn. Gelukkig had ik geen haast, alleen honger. Tien minuten later rekende de dame eindelijk af. 124 euro en 95 cent. Het was mijn beurt. Het kostte mij één minuut en 80 cent, voordat ik op de fiets naar huis stapte. Trots dat ik alleen had gekocht wat moest. Tien minuten later dan had gekund. Maar de dame was één minuut eerder thuis, waar haar hondje vast al kwispelend op haar wachtte. Dat is pas fijn.