Proost, op het leven

DanieleTodaro96 16 nov 2015

Een bar, waar ik na een lange dag met goed gezelschap had kunnen genieten van mijn welverdiende glas bier. Ik had ook een concert kunnen bezoeken, om zo omgeven te worden door de warmte van de lichten, de mensen en de muziek. Het restaurant was ook een optie, waar ik met mijn familie – in de trend van een avondje weg – zou hebben kunnen beargumenteren waarom mijn hoofdgerecht zo intens lekker zou zijn. Diezelfde avond had ik mijn kaartje bij het stadion kunnen laten checken door de toffe steward, voor ik plaatsneem om een wedstrijd van mijn geliefde sport te bewonderen. Wat nu?

Goede vraag. Dit is namelijk niet alleen een aanval op de door de politici genoemde ‘’democratie’’, noch een aanval op de door de pacifisten genoemde ‘’humaniteit’’. Dit is vooral een met lucide waanzin georganiseerde aanval op het dagelijkse leven van de ‘normale’ mens.

Soms vraag ik me af wat ik als 19-jarige student moet doen. Hoe ik mij als persoon op zo’n manier kan positioneren, opdat ik probeer te vergeten wat er allemaal aan het gebeuren is in deze met waanzin gevulde wereld. Hoe zit het met onze vrijheid, die na dit soort situaties zó fragiel lijkt te zijn, waarbij ik me afvraag waarom ‘wij’ de vijand eerst in het buitenland bombarderen als we niet eens ons eigen land eerst van binnenuit kunnen verdedigen.

Door in te zien dat ik in het jaar 2015 nog steeds machteloos moet kijken naar hoe Europa in het hart wordt geraakt door de slachting van meer dan 150 onschuldige mensen, besef ik dat de vijand op die helse avond heeft gewonnen. Zij hebben gewonnen omdat ze ons hebben laten zien dat zij, door het aantasten van essentiële delen van ons dagelijks leven, het voor het zeggen hebben.

‘’Desalniettemin gaat het leven door’’, hoor ik mensen om me heen zeggen. Inderdaad, het leven gaat door. Donderdagavond ga ik naar een bar, waar ik met mijn kring zal gaan genieten van mijn welverdiende glas bier. Vrijdag wil ik tijdens een concert bedolven worden door de goede muziek en de gezelligheid. Zaterdagavond ga ik, ter gelegenheid van een verjaardag, uiteten met mijn familie. Ik sluit de week af door naar de wedstrijd van mijn geliefde club te gaan kijken. Wat ik maandag doe? Maandagochtend zit ik in de trein, waarbij de in mijn hoofd dwarrelende melodie van La Marseillaise wordt geflatteerd door het uitzicht van de opkomende zon en de gedachte dat opgeven geen optie is. Proost, op het leven. ‘’Allons enfants de la Patrie, le jour de gloire est arrivé…”