Kringvingerende leunstoelfeminist
Internet: het klankbord voor diegenen die in het dagelijks leven leven in de schaduw van hun partner, ouders, vrienden en collega’s en die de veiligheid van de afstand tussen twee beeldschermen gebruiken om te haten op zo ongeveer álles wat niet in hun straatje past. Is het de overheid niet, dan zijn het wel vluchtelingen of de slachtoffers van (seksueel) geweld. Je moet namelijk niet zeiken, want als je erover kan praten, ben je kennelijk niet zo getraumatiseerd.
Vandaag raakte ik door het recht op vrijheid van meningsuiting op Twitter verstrikt in een discussie over #zeghet. Deze hashtag geeft mannen en vrouwen een stem om iets te zeggen over seksisme, seksuele intimidatie, misbruik, aanranding en verkrachting.
De meningen lopen uiteen en als ik reageer op een “grappenmaker”, krijg ik de wind van voren. Ik zie namelijk de humor van de situatie niet in en kan dingen niet relativeren. Op de vraag wat ik dan precies lachwekkend zou moeten vinden aan seksueel geweld, krijg ik het antwoord dat Meneer het “humor vindt dat ik hem lastigval met mijn gebrek aan humor”. Een zeer ontwijkend antwoord als je het mij vraagt, maar ik laat het erbij omdat ik geen zin heb om mijn energie te verspillen aan een huisman met kortpittig kapsel die niks beters te doen heeft dan zichzelf voor lul zetten op het Internet.
Mevrouw A. neemt het voor me op en dan begint het pas écht. Meneer besluit dat het tijd is dat mevrouw A. en ik samen mannen gaan haten in een tipi terwijl we Griekse bergthee drinken. Terwijl ik mijn eerste kop Griekse bergthee zet en op zoek ga naar een tipi, breekt de Twitterhel los. Meneer en Mevrouw A. gaan hard tegen hard en Meneer heeft een aantal vrienden opgetrommeld: ongetwijfeld ook huismannen met kortpittige kapsels die hun tijd vullen met haten op het leven totdat het tijd is om een gore magnetronmaaltijd met teveel calorieën op te warmen.
Tevergeefs probeer ik me uit de situatie te redden, maar er is geen houden meer aan. De woorden “Ik verspil m’n energie hier niet meer aan”, gooien alleen nog maar meer olie op het vuur. Een van de vrienden van Meneer vraagt zich hardop af of ik, de verrekte leunstoelfeminist, mezelf nu ga kringvingeren op mijn gelijk.
Ik kom niet meer bij van het lachen. Zie je het voor je? Ik, samen met Mevrouw A. en de andere aanhangsters van het leunstoelfeminisme in een kring in een tipi terwijl we genieten van een goed potje pruimenduimen. De Griekse bergthee laten we achterwege: die is toch niet te zuipen.