De Zwerver

Jan van Oranje 9 nov 2015

Waar kwam hij vandaan? En waar ging hij naar toe? Hij zag er uit zoals je dat van een beetje zwerver mag verwachten. Beslist geen Swiebertje. Nee, al van grote afstand was te zien dat deze man een odeur zou hebben die menig vlieg zou doen kokhalzen. Zijn leeftijd was door de warrige baard met geen mogelijkheid te schatten. Zijn kleding, of wat er voor door moest gaan, hing om zijn lijf. Met alle souvenirs van een lange voetreis er in en er op. Zijn schoeisel was omwikkeld met grijze tape. En daarna nog eens. Zijn complete wereldse bezit duwde hij voort in een winkelwagentje welke hij geleend had bij een supermarkt. Naast hem liep een hondje.

Ik mag altijd het karretje duwen als we boodschappen doen en erger mijzelf dan kapot, omdat ik op de een of andere manier altijd een karretje pak met een wiebelwiel. Ik keek naar de man en zag dat ook hij wat dat betreft in de prijzen was gevallen. Dus zelfs daar zat het leven hem tegen. Het linker voorwiel wiebelde dat het een lieve lust was. Ik zag de moedeloze blik in zijn ogen. Maar hij ging dapper door. Het mooie uitzicht ging aan hem voorbij. Hij keek naar de weg die voor hem lag. Ergens daar in de verte lag zijn doel.

Onwillekeurig vroeg ik me af waarom de man tot dit bestaan was gekomen. Was de man ooit gelukkig getrouwd geweest? Kwam hij in een verleden thuis van zijn werk, welkom geheten door zijn vrouw, vrolijke kinderen en een hond, die al kwispelend om zijn aandacht vroeg? Wat voor werk zou hij gedaan hebben? Was de crisis bij hem extra hard aangekomen misschien? Koesterde de man nog de gedachtes van hoe het eens was? Had hij nog hoop dat het ooit allemaal wel weer goed zou komen? Of dacht hij niet meer? Was zijn leven geworden tot het lopen van A naar B, gedachteloos de ene stap voor de andere zettend, hopend op wat eten en een dag zonder regen?

De man was dichterbij gekomen en we stonden op het punt om elkaar te passeren. Ik op weg naar mijn gezin, naar mijn vrouw die het eten al klaar had. Hij op weg naar niets. Hij kwam van het noorden en ging naar het zuiden. Misschien op weg naar een supermarkt om een beter karretje te zoeken. Op weg naar het geluk van een karretje zonder wiebelwiel.

Zotteklap