Mijn opa de kolensjouwer
De crisis was of is niet alleen van deze tijd.
In de jaren dertig van de vorige eeuw was er ook een crisis. Mijn opa was hier het slachtoffer van: werkloos geworden.
Zijn fiets en ook het derde hansje van zijn dochter, mijn moeder, waren voorzien van een plaatje met een gaatje erin: de fiets van een steuntrekker!
Eerst moest hij helpen het Amsterdamse Bos aan te leggen om daarna als kolensjouwer te gaan werken. ‘Moest’, ja. Anders zou zijn uitkering, die toen ‘steun’ heette, worden ingehouden. Mijn opa was er eigenlijk niet toe in staat omdat hij toen al ziek was.
Iedere avond was het met een keteltje op het fornuis warm gemaakt water een hele klus om het zwart uit zijn oren, neus, dikke haardos te verwijderen en letterlijk, van zijn gezicht te boenen. Schonen nagels waren vrijwel uitgesloten. Hij was een ‘Roetpiet avant la lettre’.
Hij kreeg uiteindelijk een hartaanval; weg was zijn leven.
Tot dik in de jaren zestig werd er kolen bij ons thuisbezorgd. Sommige kolensjouwers waren nog ex-collega’s van mijn opa, aldus mijn moeder. ‘Ja, je grootvader heeft het niet makkelijk gehad. En hij was altijd zo schoon op zijn lichaam…’
De hele keuken was geplaveid met kranten om het zwart op te vangen. Dat hielp maar nauwelijks. De sjouwers verontschuldigden zich als bij het koffiedrinken er toch zwarte vegen achterbleven.
‘Ach, dat geeft toch niet,’ zei mijn moeder. ‘Ik ben het nog wel gewend van mijn vader: de hele keuken zat onder het roet, iedere avond weer.’
De ‘Roetpiet’ doet zijn intrede, las ik vanmorgen. Bij diverse intochten zal hij dit jaar aanwezig zijn. Hoe moet ik daarbij denken en vooral wat moet ik daarvan vinden? Een associatie met bovenstaand is zo gelegd… Wil ik dat? Ik weet in ieder geval dat het een tegemoetkoming is aan de vele kritieken op Zwarte Piet.
De associatie van de Roetpiet met het verleden, dat van mijn opa, zou veel te ver gaan net zoals de associatie van Zwarte Piet met wat of wie je maar wilt. Maar toch… als ik wil is de link zo gelegd.
Ik ga ervan uit dat …Piet een grappenmaker is en blijft: zonder bijbedoelingen. Voor de kinderen en wie hem (of haar) leuk vindt. Mijn opa zou zich er in ieder geval nooit aan gestoord hebben… Wel aan het fietsplaatje met het gaatje erin.