Kunt u die rimpel ook even wegspuiten?

‘Kunt u die rimpel ook even wegspuiten als u toch bezig bent?’

‘Welke rimpel bedoelt u mevrouw?’

‘Nou, deze, precies onder mijn fronsrimpel, dokter.’

‘Ik zie geen rimpel, maar ik zal eerst die fronsrimpel behandelen, mevrouw. Trouwens, ik ben geen dokter, maar een specialist. Een dokter maakt mensen beter…’

‘U doet uzelf tekort, dokter, eh… ik bedoel… Hoe moet ik u eigenlijk noemen?
U maakt me wel degelijk beter, want eindelijk voel ik me weer wat zekerder in het leven staan. Begrijpt u? En dat alleen maar doordat mijn rimpels verdwenen zijn. Ik ben u zo dankbaar!’

‘Dat hoeft niet hoor, mevrouw… Hoe mag ik u noemen…? Gelukkig bent u niet ziek; dat is wat ik bedoel.’

‘Onderschat dat niet hoor. Het mentale gedeelte heeft wel degelijk invloed op mijn gezondheid. Weet u dat mannen weer naar me kijken. Ongelofelijk. En dat alleen maar vanwege een paar rimpeltjes meer of minder, dokter.’

‘Gelukkig kunt u nog relativeren, dus.’

‘Hoe bedoelt u, dokter?’

‘Laat maar zitten, mevrouw… het is niet belangrijk.
Dus u krijgt positieve reacties, mevrouw? Dat hoor ik graag!’

‘Nou ja, van mannen over het algemeen. Van vrouwen, vooral vriendinnen valt het me tegen.’

‘Vinden ze het resultaat niet mooi, mevrouw?’

‘Vrouwen zijn gewoon jaloers op mij: “Je mond lijkt op die van een karper,” zei een goede vriendin. Nou ja, een goede vriendin… het wás een goede vriendin. Vooral als ze een wijntje ophebben, durven ze alles te zeggen… Ik zit er dan nuchter bij, want alcohol is slecht voor je huid. Toch?’

‘Ja, ach, een enkel wijntje kan geen kwaad, mevrouw.’

‘Nee nee, absoluut niet! Ik ben niet voor niets zover gekomen. Het ergste vind ik nog die flauwe grappen: “Zo oud als je eruitziet word je toch nooit”, of “we willen wel met je lachen, maar jij kunt het niet meer”. Flauw toch? Ze moesten eens weten wat ik ter ondersteuning allemaal moet doen: ’s morgens een dagcrème, ’s middags een hydraterende gel en natuurlijk ’s avonds een nachtcrème aanbrengen. Dat kost zoveel tijd en energie, dat de sportschool er weleens bij inschiet.
Lacht u nu ook al, dokter?’

‘Nee hoor, mevrouw!’

‘Nee, een beetje empathie hoef je niet te verwachten, dokter. Egoïsten zijn het. Allemaal. En mijn man praat alleen maar over de kosten. Nou, als er eentje aan een behandeling toe is… Zuigt u ook vet weg?’