Ik maak mij zorgen
Verscholen in mijn kraag struin ik door verlaten straten van de stad. Waterkoude regendruppels vloeien als tranen over mijn gezicht. Het nat voelt koud, dringt zich op via mijn voeten. De namiddag schemert alsof het winter is.
Een allochtone zwerver zit gehurkt onder een afdak van een verlaten winkelportaal en houdt zijn hand op. Zijn leven tekent zijn gezicht. Ik schaam me en stop een euro in zijn hand, dan dwalen mijn gedachten naar de vluchtelingenstroom vanuit het Midden-Oosten. De oorlog daar, de bommen. De schijnheiligheid van grote landen. Gaat dat wel goed komen ooit? We moeten iets doen! We moeten vluchtelingen zeker opvangen. Dat is belangrijk. Maar het zijn er zoveel. Kunnen we dit in Nederland in de nabije toekomst ook nog wel aan?ik maak mij zorgen.
In de verte, op de grote brug boven de rivier, schuiven honderden koplampen stapvoets voort. Het regent, Nederland staat weer eens in de file. In Den Haag hebben ze daar WEL een oplossing voor: wegverbreding.
De bibliotheek is nog open. Een mooie plek om even op te warmen. Ik duik in een boek over Vincent van Gogh. Het werk raakt me. Is het de behoefte aan meer kleur, aan meer vrijheid? onvoorwaardelijk broederliefde? La douze France? Creativiteit? Ik weet het eigenlijk niet. Het nieuws over 125 Van Gogh bevalt mij wel. Ik besluit om op korte termijn het Van Gogh museum weer eens te bezoeken.
Dan is de tijd om. Ik zoek mijn kraag op. Deze voelt nat en koud. Het beeld van de zwerver laat mij niet los. Dan denk ik aan de bezuinigingen die, op de sector waarin ik werk de jeugdzorg, afkomen. Eigenlijk bezuinigen we dan dus op de kansen van de volgende generatie. Wat dat op langere termijn ons wel niet gaat kosten? Is er ook wel eens gekeken naar wat jeugdzorg oplevert? Ik begrijp het niet.
Er is erg veel is veranderd. Alleen de knikkers lijken nog te tellen. Percentages en statistieken voeren de boventoon. Bestuurlijk Nederland lijkt in een constante wurggreep van rep en roer te zijn. Gaat dit nog wel over cliënten? De burger? Ik maak mij zorgen. En zo gaat de geitenwollensokken-generatie langzamerhand met pensioen. Lang na hun vervlogen idealen. Ik maak mij zorgen! Dan zie ik dat mijn jongens alweer nieuwe kunstjes hebben geleerd op de circusschool. Hun oogjes stralen. Dat doet mij goed.
In de file huiswaarts denk ik aan de zwerver. Ik vraag me af waar hij slaapt. Het regent nog steeds. Waterkoude regendruppels vloeien als tranen over het glas. Ik maak mij zorgen!